28
Veldleeuwerik, (foto Chiel jacobusse)
link tussen natuur en landschap en heem
kunde. Aandacht voor de historie maakt
dat je door een bepaalde bril naar de om
geving kijkt en dat er bewustheid komt
voor de eigenheid en daarmee voor de
waarde van natuur en landschap. De aan
leg van nieuwe natuur moet aansluiten bij
het streekeigen karakter en wortelen in de
plaatselijke historie. Dat wil niet
zeggen dat je Ot-en-Sienland-
schappen moet creëren, maar
wel dat je sterk rekening moet
houden met de geschiedenis
van het landschap ter plaatse.
Waarde is trouwens niet alleen
bedoeld als waarde in histori
sche of natuurwetenschappelij
ke zin, maar ook in economisch
perspectief. Een mooi en onder
scheidend landschap biedt zo
wel een aantrekkelijk woonkli
maat voor eigen inwoners als
een gewaardeerd recreatiege
bied voor toeristen.
Rekening houden met de landschapshisto
rie en met de streekeigenheid is niet vol
doende. Je zult ook duidelijk moeten ma
ken dat je dat doet. Een mooi voorbeeld is
de Weihoek bij Sint Laurens. De verlaging
van het maaiveld die daar gerealiseerd is,
borduurt voort op de natte komgronden die
vanouds op Walcheren aanwezig waren.
Maar het collectief geheugen is niet sterk,
veel mensen herkennen het beeld niet en
sommigen spreken zelfs smalend over
stinkende modderputten. Goede voorlich
ting vooraf moet ervoor zorgen dat het pu
bliek nieuwe gebieden beter kan plaatsen
in de lokale traditie. Ondertussen mag wel
gezegd worden dat het project uitermate
goed aan zijn doel beantwoordt. Hier klinkt
in de zomer van twee, drie kanten tegelijk
een ongerept landschap met een geva
rieerde natuur steeds schaarser wordt, en
wat schaarser wordt, wordt duurder (lees:
hoger gewaardeerd).
Wat moet er gebeuren om de interesse
voor natuur en landschap nieuw leven in te
blazen? Dat vergt in de eerste plaats aan
dacht voor de eigenheid van het landschap
en de daaraan verbonden natuur. In con-
creto: wat is het dat Walcheren onder
scheidt van andere gebieden; wat is de
identiteit van ons landschap? Daaraan ver
bonden luidt de vraag: wat is het ons
waard om die identiteit overeind te houden
en hoe organiseren we dat? Het gaat er
niet om dat die vragen vanachter de teken
tafel van een adviesbureau gesteld en be
antwoord worden, maar dat die vragen
gaan leven bij het publiek en dat daardoor
het draagvlak om natuur en landschap te
beschermen en met de nodige zorg verder
te ontwikkelen, weer verbreed wordt.
Het landschap is een weerspiegeling van
de historie en daar ligt een nadrukkelijke