10
Personeel en leerlingen van de Belgische
School. (Zeeuwse BibliotheekBeeldbank Zee
land, afbeelding 1061)
dames en 40 heren. In die opsomming ont
breekt de naam van de echtgenote van
Van Drunen. Men zou verwachten dat een
in Middelburgse kringen toch wel enigszins
notabele dame met haar capaciteiten daar
in terug te vinden zou zijn. Maar dat is niet
het geval. Ook geen van de onderwijzers
of onderwijzeressen van de Hervormde
het werk voor de vluchtelingen betrokken
waren actief in het organiseren van hulp
en ondersteuning. In Middelburg speelde
de griffier van de Zeeuwse Staten, H.J.G.
Hartman, een dergelijke rol. In het laatste
oorlogsjaar kwam die taak officieel terecht
bij de Zeeuws-Vlaamse predikant Jacob
Pattist. Die was al in december 1914 be-
School komt in de lijst voor. Kennelijk was
het circuit waaruit de hulp aan de vluchte
lingen werd georganiseerd toch iets an
ders dan dat waarin de christelijke leer
krachten zich bewogen.
Toen de toestand rond de vluchtelingen
zich in 1915 enigszins stabiliseerde, ble
ven enkele mensen die vanaf het begin bij
noemd tot "Gedelegeerde voor West-
Zeeuwsch-Vlaanderen van den Regee-
ringscommissaris voor de Vluchtelingen in
Noord-Brabant en Zeeland". In februari
1915 werd hij ook gedelegeerde voor
Oost-Zeeuws-Vlaanderen en in februari
1918 kwam daar Walcheren bij. Pattist was
een buitengewoon actieve man, die vanaf
het begin geïnteresseerd was in alle as
pecten van de oorlog5 en die later nog een
belangrijke rol zou spelen in de strijd tegen
annexatie van Zeeuws-Vlaanderen door