met name voor Amsterdam maar ook voor Walcheren. Naast het gewone volk waren het voorna melijk protestantse kooplieden, weten schappers en kunstenaars die massaal Antwerpen verlieten. Rond de veertigdui zend Antwerpenaren op een bevolking van tachtig- a honderdduizend zielen verlieten hun stad. Natuurlijk waren er al groepen vertrokken vanwege de godsdienstonlus ten en de groeiende onrust na de beruchte Beeldenstorm van 1566, maar tussen 1585 en ongeveer 1591 was er sprake van een ware exodus. Onder de vertrekkers bevonden zich ook katholieken die om economische redenen hun thuis ontvlucht ten. De immigranten gaven Walcheren een impuls op alle niveaus. Zij namen immers kennis en grote rijkdom mee. De gevolgen werden op zowel economisch als op poli tiek en religieus vlak gevoeld. Aanvankelijk leek de Val van Antwerpen ook voor Walcheren economische terug gang te betekenen. Maar de schade bleef beperkt omdat de Walcherse havensteden Vlissingen, Veere en Middelburg na het af sluiten van de Schelde - contacten met de Spaanse vijand werden verboden - voor een deel de rol van Antwerpen overna men. Handel en scheepvaart namen toe. Bovendien kwam er noodgedwongen een samenwerking op gang tussen de ge noemde Walcherse havens die in het ver leden voornamelijk solistisch hadden ge opereerd. De immigranten van toen - die overigens ook van buiten Antwerpen, zoals uit Brug ge, Gent en Oostende kwamen - nestel den zich stevig in de Walcherse samenle ving. Velen van de tweede of derde gene ratie bouwden met hun familievermogen luxe buitenplaatsen op ons eiland zoals de families Van Hoorn, Ingels, Lampsins, Ghyselin, Le Sage, en ook de familie Van Nispen met hun West-Souburgse lusthof Het Blauwe Hof. Maximiliaan van Nispen In of vlak na 1585 verliet de Antwerpse lakenhandelaar Jaspar van Nispen zijn stad. De tak van zijn familie was oorspron kelijk van Dordrecht. Het geslacht als ge heel was afkomstig van het plaatsje Nis pen bij Roosendaal. Waren de meeste vluchtelingen protestanten, Van Nispen be hoorde tot de kleine groep katholieken die Antwerpen de rug toekeerde. Hij woonde daarna afwisselend in Middelburg en in Amsterdam. Jaspars vrouw Jobina was een telg uit een vooraanstaande familie. Vader Eustatius was, in de periode vlak nadat deze stad van de Spanjaarden was bevrijd, een paar jaar burgemeester van Vlissingen. Jaspar van Nispen liet na zijn dood in 1611 zijn twee minderjarige zonen schat rijk in Middelburg achter. Cornells was ge boren in 1597 en Maximiliaan omstreeks 1599. We kunnen hun geschatte kapitaal vinden in het kohier van de duizendste penning van Middelburg. In dit register werd in 1623 de toen recent ingevoerde vermogensbelasting genoteerd. De onge veer 25- en 27-jarige broers behoorden tot de rijken van hun stad. De buitenplaats Het Blauwe Hof ontstond in West-Souburg op de plek waar de jonge Maximiliaan van Nispen enkele jaren vóór 1625 grote percelen grond en een boerde rij kocht. Percelen waren in die tijd door gaans klein van omvang. In dit geval ech ter waren sommige stukken land tussen 14 en 23 gemeten groot. Een gemet is onge-

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2012 | | pagina 22