Laat het De Wete weten schien de pachter van het maalrecht) en het jaartal 1758, met daarnaast het num mer 40. Het stempel van het Zeeuwse wa pen en het jaartal 1758 wijzen erop dat het een belasting was van het gewest Zee land. Later, in de Franse periode, werd het een landelijke belasting en weer later een plaatselijke belasting (zie het artikel in de Wete, oktober 2011). Daaronder de datum waarop het meulbriefje is afgegeven, 10 september 1759. Vervolgens de naam Hendrik Meijer (geen familie van mevrouw Meijers). Naast het regeltje "Een zak Ter- we" staat het woord "wigte" (gewicht?). Helemaal onderaan staat weer een naam geschreven, Stroobant. Een van de namen Meijer of Stroobant zal de eigenaar van de zak tarwe geweest zijn." Militairen in Vrouwenpolder Cees Cuperus uit Wouw heeft in zijn verzameling militaire prentbrief kaarten een foto/prentbriefkaart met daarop de foerier en twee van zijn medewerkers van de 3de Com pagnie van het 3de Bataljon van het 24 Regiment Infanterie. De rust kamer waar ze voor staan, is dus de foerierskamer. De compagnie was waarschijnlijk ingekwartierd in de periode 1914-1918, maar de foto zou ook gemaakt kunnen zijn vlak voor de Tweede Wereldoorlog. De omschrijving "Vrouwepolder" op het bord maakt dat echter onwaar schijnlijker omdat in de jaren dertig het gemeentebestuur "Vrouwenpol der" ging gebruiken. De heer Cuperus is nieuwsgierig naar de precieze plaats waar dit is en of de namen van de twee jonge dames op de foto bij u bekend zijn. Als u meer weet over deze foto, neem dan contact op met de re dactie van De Wete.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2012 | | pagina 42