12 De voormalige rooms-katholieke kerk als an tiekwinkel, maart 1977. (foto Foto Back, Zeeuws Archief, Historisch-topografische Atlas Veere, ongenummerd) het kerkbestuur zonder steun van de over heid, de renteloze lening van de aarts priester en verschillende giften niet in staat geweest het traktement van de vicarissen te betalen, een pastorie te kopen, deze en de kerk te onderhouden en in 1912 een nieuwe kapel te laten bouwen. De aanne mer die in 1796 een woonhuis tot kerk had verbouwd, moest genoegen nemen met betaling in termijnen en van dit bedrag hebben hij en zijn erfgenamen meer dan de helft nooit gekregen. Omdat het regel matig gebeurde dat de geestelijken in Vee- re hun traktement niet op tijd kregen, ble ven ze er nooit langer dan drie a vier jaar. Rooms-katholieke bejaarden, wezen en zieken die in het Godshuis opgenomen moesten worden en de verpleegkosten niet zelf konden betalen, zaten daar volle dig voor rekening van het burgerlijk armbe stuur. Armen werden aan hun lot overgela ten. Nadat in 1846 vier lidmaten vergeefs een beroep op de armenkas hadden ge daan, verzuchtte de pastoor in een brief aan het college van burgemeester en wet houders dat "de gemeente van de Roomsch Katholijken in Veere zoo arm is, dat er aan geene buitengewoone of diaco nie bedeeling te denken is, en dat de arm- meester van de deur mijner kerk weggelo pen is, omdat de collecte niets opleverde." In 1855 was de nood zo hoog, dat de her vormde predikant Trautman een adverten tie in de Middelburgsche Courant plaatste met een oproep aan de Walcherse gegoe de burgerij geld bijeen te brengen voor de noodlijdende rooms-katholieke medebroe ders, nadat hij zelf al in Veere had gecol lecteerd! J.H. Midavaine

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2012 | | pagina 14