1. M. Jansen, 'Holland vanaf de schaats. Een Amerikaans kinderboek uit de vorige eeuw over Holland', in: 'Volkscultuur, tijdschrift over tra dities en tijdsverschijnselen'jrg. 9 (1992), nr. 3, p. 28. Zie voor het boek zelf de van een na woord door Ewoud Sanders voorziene versie in Nederlandse vertaling uit 2005: Mary Mapes Dodge, 'Hans Brinker of De zilveren schaatsen', Amsterdam 2005. Zie ook: www.geschiedenis- zeeland.nl thema's Beeld van Zeeland in de jeugdliteratuur Een mythe in een mythe. 2. Jan Terlouw, 'Watersnood', in: F. van Oost- rom (red.), 'Historisch Tableau. Geschiedenis opnieuw verbeeld in schoolplaten en essays', Amsterdam 1998, p. 145. 3. A.P. de Klerk, 'Het Nederlandse landschap, de dorpen in Zeeland en het water op Walche ren. Historisch-geografische en waterstaatshis- torische bijdragen', Utrecht 2003, pp. 206-207 en verwijzingen aldaar. knaapje, op klompen en gestoken in de dracht van Volendam of Marken, ligt in een Walcherse entourage! Een duinenrij, be kroond met vlaggenmasten, met links de zee en op de achtergrond, rechts... Zoute- lande. Onmiskenbaar! En dat is vreemd, want de aandachtige lezer van de bewuste passage hoort een heel ander beeld op zijn netvlies te krijgen. Zoals Jan Terlouw. Die haalt in Historisch tableau herinneringen op aan de water overlast in het rivierengebied van 1995: "De dijkgraven rekenden niet, ze keken. Ze keken naar de kleur van de dijk. Ze speur den naar'pipings'-verschijnselen, stroom pjes water die door de dijk siepelden en een grote opening zouden kunnen uitslij pen, wat volgens de overleveringen in het verleden een jongetje ertoe heeft gebracht de nacht door te brengen met zijn vinger in de dijk."2 Daaruit spreekt kennis van zaken; kennis die bij de Amerikaanse tekenaar kennelijk ontbrak. Piping - inderdaad: een lek in de dijk, a leak in the dike - is een verschijnsel dat optreedt na verzadiging van het dijklichaam. Niet bepaald een reëel gevaar voor Zoutelande. Daar vocht men sinds de vijftiende eeuw met een andere vijand, met duinen die ver stoven. Al in 1422 was de duinkust hier ernstig "verwayt". In 1533 bepleitten de be zorgde bewoners de aanleg van bekisting "om sandt aldair in te vergaren". Ook wil den ze het smalle en steile duin voor het dorp afvlakken, om het vervolgens aan de binnen- en buitenzijde "wel te bepooten" met helm. Het pleidooi van de ongeruste inwoners had kennelijk geen effect, want vier jaar later toog een delegatie naar Brussel en zette bij het hoogste, keizerlijke gezag de precaire situatie uiteen. Men be sloot tot experimenten met rijshout om het zand vast te leggen. In 1548 verwachtten deskundigen baat van een drie meter hoge muur.3 Het zouden niet de laatste adviezen voor dit deel van de Walcherse kust zijn... Blijft de vraag hoe Nederlands beroemdste waterstaatkundige held hier, in Zoutelande verzeild kon raken. Het antwoord moeten we schuldig blijven. Intussen hebben mil joenen over de hele wereld zich lezend in Hans Brinker een beeld van Holland ge vormd. Een beeld dat op ten minste één punt misleidend was. Zeeland is anders dan Holland, Zoutelande beslist géén Spaarndam. Aad de Klerk Dit artikel is eerder, maar zonder bronnen- verantwoording en met een andere inlei ding, verschenen in de PZC van 29 de cember 1998.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2012 | | pagina 39