het gewone schone van Walcheren. Ook hij inspireerde zijn (kweekschool)leer- lingen. En ook hem lag de heemkunde na aan het hart. Hij ontsloot de door zijn vader nagela ten collectie en stond, in 1971, mede aan de wieg van de Heemkundige Kring Wal cheren. Hij ontwierp het logo van de Kring en verzorgde met gedrevenheid in De Wete de rubriek 'Walcherse uutdruksels'. Hij leverde, soms onbedoeld, saillante bij dragen aan onze kennis over vroeger. Zo vond ik in een ander mij nagelaten boekje een aantekening van zijn hand en die vormt een illustratie van het feit dat kinde ren, behalve naar familieleden en de domi nee soms ook wel naar de dokter wer den vernoemd. "Er waren al 3 zoons. Toen mijn moeder weer in verwachting was zei de toenmalige arts van Serooskerke: 'Als het weer een jongen is, mag hij dan naar mij heten?' Mijn moeder dacht dat het nu wel een meisje zou zijn, dus ze vond het goed. Maar 't werd weer een jongen en de dokter zei: 'Hou je aan je woord.' Hij heette: Hendrik Gualtherus Jacob van den Bos. Mijn vader en moeder hielden zich aan hun woord. Vandaar die namen. De zusters van moeder zeiden: 'Die zul je niet kwe ken.' [dat wil zeggen: niet grootbrengen]. Maar hij werd zelfs meer dan 80 jaar. Ik kreeg met verschillende jaardagen een ca deautje van die dokter o.a. houten schaap jes en een houten trein."3 De hier bedoelde arts was H.G.J. van den Bosch, telg uit de bekende familie Van den Bosch van de Wilhelminapolder. Een straatnaam in de Serooskerkse wijk Molenhoek bewaart sinds het eind van de jaren negentig de herinnering aan meester De Meij. Zolang de toelichting op het straatnaambordje nog ontbrak, kon het H.G.J. de Meij aan het werk als schilder, (foto: coll. mevr. M. Morel-de Meij, Veere) worden opgevat als een hommage aan zo wel die ene als die andere meester De Meij. Sinds begin 2000, en mét toelichting, is het een duidelijk en terecht eerbetoon aan B.J. de Meij." Aad de Klerk Dit artikel is eerder, in ietwat andere vorm, verschenen in de PZC van 3 juni 1997. 1. Provinciale Zeeuwse Courant, 26 maart 1966; Encyclopedie van Zeeland, II, Middel burg 1982, p. 296; H.G.J. de Meij, 'Lezing over B.J. de Meij (1882-1966)', in: De Wete nr. 5 (1972), p. 12-16; H. Hendrikse en F. van den Driest, 'Veere in oude ansichten', 11, Zaltbom- mel 1975; H.G.J. de Meij, 'B.J. de Meij, gebo ren 10 sept. 1882', in: De Wete nr. 3 (1982), p. 25-26. 2. H.G.J. de Meij, 'Oorlogsgast in Zoutelande', in: De Wete nr. 2 (1989), p. 19-20. 3. Over H.G.J. de Meij o.a.: R. Rauwe- Labruyère, 'Herinneringen aan H.G.J. de Meij', in: De Wete nr. 1 (1997), p. 42-43. 4. A.P. de Klerk, 'Hommage aan een heemkun dige. De Meijstraat in Seröós toegelicht', in: De Wete nr. 4 (2000), p. 31-32.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2013 | | pagina 43