van de weefhistorie in het Westkappelse
spraakgebruik", aldus de schrijvers. De
weverij, die in 1839 werd opgericht, ging in
1870 ter ziele.
In Zoutelande werd een perceel de Smou-
ze genoemd. De naam wordt in het boek
De veldnamen van Zoutelande en Bigge-
kerke niet verklaard, maar het zou mij niet
verbazen als de grond van het perceel
slecht was. De Middelburgse percelen
't Jodeland en 't Jodeweitje worden wel
verklaard en ook bij deze percelen was de
kwaliteit van de grond slecht.
Joden op Walcheren
Het is niet bekend wanneer de eerste jo
den zich op Walcheren vestigden.
J. Becker schrijft dat in 1266 de jood Ge-
raldi dicti iudei in een acte te Vrankendike
(bij Vlissingen) wordt genoemd. Geraldi
was betrokken bij de overdracht van grond
aan de Abdij van Duins bij Oostende.
Tussen 1432 en 1461 staat in de stadsre
keningen van Middelburg verschillende ke
ren de bekering van een jood vermeld, die
hiervoor een financiële bijdrage kreeg. In
1432 bekeerde een jood zich tot het chris
tendom en hij werd door het stadsbestuur
beloond met een Philipsschild.1 In 1435
werd een bekeerde jood beloond met twee
Arnoldsguldens2 en een jaar later een an
dere jood met tien groten.3 In 1452 kreeg
een arme vrouw, die vroeger jodin was,
twaalf groten als bijdrage en een jodin die
"dat heilige gelove angenomen hadde",
ontving in 1461 zes groten.
Guan de la Palma vestigde zich in 1453 in
Arnemuiden. Waarschijnlijk was hij vanwe
ge zijn afkomst - hij was maraan4 - naar
de Nederlanden gevlucht.
In 1497 liep een aantal Spaanse schepen
de haven van Veere binnen met aan boord
onder anderen drie joden. Deze joden wer
den in de kerk in Veere gedoopt. Blijkbaar
was dit een belangrijke gebeurtenis, want
de peters en de meters waren Philips van
Bourgondië, de prelaat van Middelburg en
Anna van Borssele, vrouwe van Veere en
Beveren.
Een zoon van de Spanjaard Alonsse - ook
hij was waarschijnlijk een maraan - werd
in 1489 voor tien jaar verbannen uit Hol
land, Zeeland en West-Friesland omdat hij
werd beschuldigd van godslastering. Voor
straf moest hij een pelgrimstocht naar
Cyprus maken.
Onder Karei V (1500-1558) kregen de
joden het steeds moeilijker. Evenals in
Spanje werden ze ook in de Nederlanden
als ketters gezien. In 1541 belandden de
joden Marco en Louis Fernandez in Mid
delburg op de brandstapel.
Sefardische Joden
Met Sefardische Joden worden joden uit
Spanje en Portugal bedoeld. Zij waren im
migranten5 die een nieuwe thuishaven
zochten. Ze worden ook wel Portugese Jo
den genoemd en als het om hun synagoge
gaat, wordt er over een Portugese synago
ge gesproken. Een van hun nazaten was
de in Amsterdam geboren Paulo Jacomo
Pinto. Hij werd in 1643 inwoner van Mid
delburg en moest hiervoor twee pond
Vlaams betalen. Toch moet hij al een aan
tal jaren in Middelburg hebben gewoond,
want in 1641 was hij eigenaar en bewoner
van het huis met de naam Sint Pieter op
de Rouaansekaai 17. In dit huis was vanaf
1641 een Portugese huissynagoge onder
gebracht. Dat wijst erop dat er voldoende
joodse mannen in Middelburg woonden
om een joodse gebedsdienst te houden.
Hiervoor moeten immers minimaal tien