meter breed en 2,3 meter hoog. Ze waren
voorzien van een tuimelraam met ondoor
zichtig glas. Door het plafond stak een buis
waardoor frisse buitenlucht naar binnen
stroomde. Hoewel het verboden was met
elkaar te communiceren, gebeurde dit toch
want de cellen waren slechts door dunne
houten schotten van elkaar gescheiden.
Verder waren er kamers voor getuigenver
hoor en een donker vertrek waarin kerk
diensten werden gehouden. Een apart ge
bouwtje had twee vertrekken, een voor het
verhoren van de gevangenen en het ande
re werd de pistole3 genoemd. Hierin zaten
gevangenen die hun verblijf in de gevange
nis zelf betaalden. In de pistole werden
Het Huis van Burgerlijke en Militaire Verzeke
ring binnen de stad Middelburg, door C. Bru-
nings en P.K. de Graaff. Tekening in Oost-In
dische inkt, ca. 1869-1871. (Zeeuws Archief,
KZGW, ZI-1I-0446-I)
Ook waren er een gijzelkamer, een zieken
zaal voor mannen en een voor vrouwen. In
de ziekenzaal voor mannen was plaats
voor acht zieken. De ziekenzaal voor vrou
wen lag aan de zuidkant tegen de gracht.
Vooral bij warm weer was daar de stank
ondraaglijk. Omdat er vaak te weinig vrou
welijke oppassers waren, werden zieke
vrouwen naar het Gasthuis gebracht.2
vroeger "ontaarde en ontembare kinderen
opgesloten", aldus Fokker en De Man.
Aan de westkant van het complex stond
een gebouw dat dienst deed als militair
Huis van Verzekering. Dat was het verblijf
van de militaire hoofdwacht. Mocht het no
dig zijn, dan konden bewakers van de bur
gerlijke afdeling een beroep doen op die
militairen. Naast de militaire hoofdwacht la
gen de cellen voor militairen die gevangen
waren gezet. Deze vertrekken waren kil en
vochtig. Door te weinig ventilatie waren ze
"vervuld met de eigenaardige uitdampin
gen, die het bezoek in eene gevangenis
zoo onaangenaam kunnen maken", aldus