32 1 Vlissingen en later naar Goes, omdat hun vaders rector zijn geworden van het Chris telijk Lyceum daar. Ze wonen beiden in Zeeland tot ze gaan studeren in Amster dam. Hieruit blijkt wel dat dit boek sterk autobiografisch is. Maar vergist u zich niet, Pier en oceaan is wel degelijk een roman. Dit boek beschrijft drie generaties: die van zijn grootouders, zijn ouders en die van Abel zelf, van 1944 tot 1971Doordat je ziet uit welk nest ze komen, kun je de ou ders van Abel en hem zelf beter plaatsen. De appel valt niet ver van de boom. Abel bijvoorbeeld lijkt op zijn moeder in zijn on vermogen vriendschappen te sluiten. Zijn hele kindertijd verlangt hij naar een echt vriendje, maar telkens verpest hij het weer. Alleen Marinus wil hem wel: Toen Abel buitenkwam, bij zijn fiets achter de schuur, werd hij door Mari nus opgewacht. Hij had gehoopt hem te kunnen ontlopen. Maar daar was hij, hurkend voor de wand van de schuur, bezig zijn stok verder te verfraaien met zijn mes. Meteen stond hij op en kwam op hem af, zijn haar opzij vegend. Er blonken nog tranen in zijn ogen. "Jij bent mijn vriend," zei hij zacht. Zijn ogen gleden weg. Het listige lachje speelde om zijn lippen. "Jij bent mijn enige vriend, en ik ben jouw enige vriend." Die verschillende generaties heeft de au teur ook nodig voor een belangrijk, zo niet het belangrijkste thema van het boek: het vastleggen van de (veranderende) tijd geest. Die tijdgeest - vanuit Fries en Zeeuws perspectief - laat zich aflezen uit heel veel feiten en details. Een voorbeeld. In de badkamer trok hij de kleren aan die zijn moeder had klaargelegd: zijn zondagse korte broek, een wit over hemd met stropdas, een pullover met V-hals en zijn zondagse schoenen. Oek de Jong wil de lezer laten meebele ven, hem fn de tijd zetten. In een interview met NRC Handelsblad werd hem gevraagd waarom hij daarvoor zo extreem veel de tails nodig heeft. Zijn antwoord: "Dat komt door mijn verlangen om alles wat verdwe nen is uit mijn leven en voor Nederland ge schiedenis is geworden te vereeuwigen door het weer op te roepen. En om iets op te roepen heb je nu eenmaal details no dig." Veel van die details samen maken dat we een mooi beeld krijgen van het Zeeuw se leven tussen 1960 en 1971. Door uit te gaan van die drie generaties creëert de auteur ook de mogelijkheid de traditionele verhoudingen en rolverdelingen te beschrijven. Er is een ontwikkeling van de uiterst traditionele relatie van de groot ouders via die tussen vader Lieuwe en moeder Dina naar de prille maar 'moder nere' relatie van Abel en Digna. De verhouding tussen de ouders is tra gisch. Hoewel er niet met een beschuldi gende vinger naar de een of de ander wordt gewezen, krijgt de lezer niet bepaald een positief beeld van vader Lieuwe. De auteur benadrukt in ieder interview dat dit boek een roman is en geen autobiogra fie. Dat die dunne lijn tussen werkelijkheid en fictie nogal eens tot verwarring leidt, blijkt uit de volgende anekdote. Oek de Jong gaf in november 2013 een lezing in Heinkenszand. Toen hij zocht naar het juis te meervoud van een Latijns woord, kwam het verlossende woord uit de zaal, naar la ter bleek van zijn oud-leraar klassieke ta len aan het Christelijk Lyceum. Deze heer kon de verleiding niet weerstaan de auteur duidelijk te maken dat zijn vader een uit stekende rector was en een zeer aimabel

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2014 | | pagina 34