Verovering van Olinda in Brazilië door gene
raal Hendrick Loncq in 1630; anoniem, ca.
1649-1651, ets 279 x 361 mm. (catalogusnr.
FMH 1659-b, Rijksmuseum Amsterdam)
Povo
om werd er een aantal expedities op touw
gezet. Twee van die tochten gingen naar
Cabo de Santo Agostinho, een gebied dat
ongeveer 50 kilometer ten zuiden van Olin-
da lag. Het doel was de bezetting van het
op die kaap aanwezige Portugese fort.
De eerste aanval vond plaats in 1632
waarbij de Nederlanders de baai bij Agos
tinho binnenvoeren. Zij wisten echter niet
dat het rif dat voor de baai lag slechts één
doorgang kende. De Portugezen waren in
de veronderstelling dat de vijand in de val
zat. De Nederlanders bedachten een plan.
In het holst van de nacht werd met man en
macht een stuk van het rif uitgehakt. Zo
werd een tweede doorgang gecreëerd
waarmee een ontsnapping veiliggesteld
werd. De Portugezen moeten met stom
heid geslagen zijn geweest toen ze bij
daglicht ontdekten dat er in de baai geen
Nederlands schip meer te bekennen viel.
Een tweede aanval, in 1634, werd beter
voorbereid en leidde uiteindelijk tot de
overgave van het Portugese fort. Aan twee
kooplieden die in Brazilië actief waren voor
de Kamer Zeeland van de WIC, Johan
Ghyselin en Adriaen van der Dussen, werd
gevraagd om het militaire bevel te gaan
voeren. Onder hun leiding werden twee
Zeeuwse forten aan de baai gebouwd. Het
ene fort werd naar Ghyselin en het andere
naar Van der Dussen genoemd. Fort Ghy
selin was een vrij groot, rechthoekig bouw
werk met twee halve bastions aan de
noordzijde. Het fort kwam te staan op het