14
De verwoeste winkel van Albert Heijn, 1940.
Zeeuwse Bibliotheek, Beeldbank Zeeland,
rec.nr. 79046.
Van der Weel en Van de Merbel in hun arti
kel verder over een "doelbewust bombarde
ment" (p. 20) en "dadelijk koos [de SS-
generaal] voor een langdurig en intensief
bombardement op de stad" (p. 21). Het
bombardement paste ook "perfect in het re
cept voor de agressieve Duitse oorlogsvoe
ring die in september 1939 begon met de
mensen de dood en werden 24.000 wonin
gen verwoest, tegenover de enkele uren
durende beschieting en nog geen twintig
doden en 600 vernielde gebouwen in Mid
delburg. De twee juristen hielden vast aan
het idee van een Duits terreurbombarde-
ment op de Zeeuwse hoofdstad, bedoeld
om de "tegenstander tot overgave te dwin-
luchtaanvallen op Warschau, en vervolgens
op 14 mei in de verwoesting van Rotter
dam" (pp. 20-21). Middelburg 1940 werd zo
ten onrechte op één lijn geplaatst met War
schau 1939 en Rotterdam 1940. Bij de
laatste twee aanvallen was er wel overdui
delijk sprake van een doelgerichte Duitse
operatie, die juist daardoor een andere
schaal en intensiteit kende. Bij het lucht
bombardement van Rotterdam, dat nog
geen vijftien minuten duurde, vonden 800
gen of althans te intimideren" (p. 22). Zij ne
geerden hiermee de conclusie van HVB (p.
181) waarin de auteurs zich afvragen
waarom de Franse troepen zich zouden
overgeven na een aanval op een Neder
landse stad.
Het grootste probleem was dat de twee
juristen met twee maten zijn gaan meten.
Waar het Duitse optreden volgens de letter
van de wet scherp werd veroordeeld, kon
de geallieerde omgang met hetzelfde oor
logsrecht op duidelijk meer clementie reke
nen. De vergelijking van het Duitse optre
den in 1940 met het geallieerde oorlogsge
weld in 1944-'45 was in hun ogen "volstrekt