27 Gezicht in het park op het huis van de buiten plaats Noordhout te Serooskerke, gesloopt in 1870, met op de voorgrond eigenaar mr. P.N. Schorer, ca. 1865. Zeeuws Archief, KZGW, Ze- landia lllustrata, deel II, nr. 955d. Het monument op Noordhout, Jan Arends, 1772. www.buitenplaatsen.nl. gezelschap te begroeten, en te vermaken." Nadat er door Ewoud rennende hazen in de tuin worden gezien, praat Biscop verder over de rechten en plichten van het am bachtsheerschap. '"Dit Eiland is niet groot, en heeft wilds genoeg, en nog meer Ja gers', antwoorde de Ambachts-Heer, 'hoe wel ik meine, dat my alleen in deeze Heer lijkheid de jagt toekome, als een Ambachts- gevolge, en Heerschaps-recht, bestaande niet alleen in Ampten te vergeven, maar ook 't oeffenen van gericht-zaaken, uit genomen LijfstrafIijke misdaaden.'" Ewoud vraagt vervolgens naar de her komst van de naam Serooskerke. "'Naam- redenen', antwoorde de Ambachts-Heer, 'zijn onzeker, maar de meeste Heerlijkhe den en Dorpen, worden, in dit Eiland, van Kerken, gebynaamd. Of zulks daar van kome, om dat Kerk hier zo veel als Pa rochie betekent, of dat voormaals de Hee- ren van bygelegene plaatsen onderling over de voorzittingen in de Kerk twisten zoud ik niet konnen zeggen.' Nu waren zy weder by den Speelwagen, en na dat ieder beleefdelijk afscheid genomen had, en zijne dankbaarheid voor het volgunstig ont haal betuigt had, gingen zy weder opzitten, en reeden door eene hooge steenen-poort op den straat-weg en tusschen de Huizen van Serooskerke onder het geboomte door." Le Sage, De Wijze Na Noordhout komen we, verderop in de Arkadia, bij 't Huis te Oostkapelle. Eigenaar Willem le Sage kocht in mei 1679 de heer lijkheid Oostkapelle van de stad Middel burg. De gewestelijke hoofdstad verkeerde in die tijd in geldnood en deed daarom een aantal heerlijkheden in de verkoop, waar onder Oostkapelle.5 Uiteraard voelde am bachtsheer Le Sage zich aan zijn stand verplicht om in zijn gebied een buitenplaats op te richten en die werd dan ook meteen gerealiseerd. Willem was ook nog heer van Reimerswaal en Lodijke en als Representant van de Eer ste Edele actief bij de Rekenkamer van Zeeland.6 Hij overleed in 1721. Daarna gin gen zijn bezittingen naar zijn weduwe Agnes de Vroe. Hun zoon Johan David, die zich Ghyselin le Sage noemde, was eige-

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2015 | | pagina 29