45
de wagenmakerij al in 1918 hebben opge
heven en toen was Dekker nog niet eens
geboren.
Maar zo is het niet. Adrie Dekker werkte
wel degelijk in dezelfde wagenmakerij, en
wel van 1934 tot begin 1938. Het bedrijf
was toen in handen van F.C. de Roo, maar
de wagenmakerij was wel een aflopende
bezigheid. De Roo had tevens een spekro-
kerij en een "electrisch installatiebureau".
Adrie Dekker stuurt ons zelfs een kopie
van het getuigschrift dat hij op 16 maart
1938 van zijn baas ontving: "Ondergete
kende verklaart hiermede dat Adriaan Dek
ker vier jaar bij hem vlijtig en naar genoe
gen heeft gewerkt, en kan hem aan een
ieder aanbevelen." Wij zwijgen stil.
Wie was opa Keesje?
Opa Keesje is herkend. In de januari-Wete
stond zijn foto, en inzender Roel van
Schaik uit Woudenberg wilde graag iets
meer weten over deze Cornelis Ingelse.
Daan Ingelse uit Oud-Sabbinge herkende
de foto meteen: "Enige jaren terug werd
mijn hulp ingeroepen bij het zoeken van
een foto van een zekere Pieter Ingelse
(1821-1906), die in de tweede helft van de
negentiende eeuw voorging in de kerken
van de ledeboerianen, een afscheidingsbe
weging van de Hervormde Kerk rond 1840.
Deze zogenoemde oefenaar, van wie ver
schillende boekjes met preken zijn uitge
bracht, was mijn overgrootvader. Bij het
speurwerk kwam ik de foto van Keesje
Ingelse tegen. Hij was niet degene die ik
zocht, en zo belandde hij in wat ik nu ook
maar het babbelaartrommeltje noem. Die
ging weer open na het lezen van Van
Schaiks oproep, want dat was de foto waar
het om ging. In de stamboom vond ik zijn
naam terug als het derde kind van Pieter
Ingelse (de oefenaar) en Tannetje Wilhel-
mina Kraamer (1828-1868). Cornelis,
Keesje dus, geboren in 1866, trouwde met
Tannetje Bastiaanse (1869-1940). Zij kre
gen een dochter Neeltje Wilhelmina.
"Keesje Ingelse overleed op 21 december
1956, 90 jaar oud. De oudste broer van
Keesje was ook een Pieter (1863-1951). Hij
huwde Pauline Vinke en ze kregen zes kin
deren, van wie de derde, Cornelis, mijn
opa was. Die zou weieens vernoemd kun
nen zijn naar opa Keesje."
Mevrouw H.A. Gijsbertsen uit Ede schrijft
ons een uitgebreide brief, die begint met
een verhaal over Roel van Schaiks eigen
grootvader. Deze Jan van Laar, een Wage-
ninger, werd in 1915 ingekwartierd in de
gymnastiekzaal van de school in de Verwe-
rijstraat in Middelburg. Daar zat hij samen