30 rug in Nederland, permitteren om een huis aan het chique Lange Voorhout in Den Haag en twee buitenplaatsen in Wasse naar te kopen. Hij werd zelfs de koning van Suriname genoemd. Elias Bouvet werd dus de eigenaar van de westelijke helft, inclusief "het woonhuijs" of wel het voorname heren- of plantagehuis. Het ligt voor de hand dat Bouvet de naam gever was van zijn nu zelfstandige planta ge, maar waarom koos hij voor Domburg? Hadden de Bouvets of de Houtkoopers, de familie van zijn echtgenote, iets met de Walcherse smalstad? Dat weten we helaas niet. De naam Domburg verscheen voor het eerst in 1719 op een kaart van Jacob Hengevelt. Elias Bouvet werd geboren in het Franse Alengon, vertrok naar Suriname en trouw de er in 1716 met Jeanne Houtkoopers, dochter van Nicolaes Houtkoopers en Phi- lippa Bachman. Jeanne kwam ter wereld op het Nederlands-Caribische eiland Sint Eustatius, waar haar vader commandeur was. In Suriname werd Nicolaes "capitein van de burgeren" genoemd. Na ongeveer vier jaar huwelijk overleed Elias. Jeanne bleef kinderloos achter en hertrouwde in 1723 met Pierre Thouron, telijke naar de intussen in Amsterdam wo nende Anna Verboom. Dat het laatstge noemde gedeelte bedoeld was voor An na's stiefzoon Stephanus Lorentius Neale is duidelijk. Hij kocht namelijk binnen twee weken zijn stiefmoeders bezit. Neale werd later overigens steenrijk van een zestal plantages in Suriname en kon het zich, te- Fragment uit de akte van 18 juli 1716. De plantage La Rencontre van Verboom-Bouvet wordt gedeeld waardoor Domburg ontstaat. Het zwaar aangetaste document wordt be waard in het Stadsarchief Amsterdam. (Nota rissen ter Standplaats AmsterdamPh. de Ma- rolles, inv.nr. 7975, fol. 190) Aan de Beukenweg in Amsterdam is een Suri- naams-Javaans eethuis naar het dorp genoemd: Warung Domburg, (foto Jaco Simons) rr domburg-]

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2016 | | pagina 32