Zeeuwsche kamer'. Hij betreurde daarin de
teloorgang van de oude Zeeuwse zeden
en het veranderen van de nationale (lees:
Zeeuwse) dracht. Hij besloot zijn stuk met
de zin: "Gelukkig ontbreekt het hier dus
nog niet aan harten, warm kloppende voor
alles, wat de herinnering kan bewaren aan
ons degelijk en deugdelijk voorgeslacht,
dat zonder overdrijving het eerste volk van
Europa mocht heeten."
Later in 1886 kreeg het Genootschap nog
een ouder streekdrachtkostuum met alle
toebehoren in bezit en toen werd besloten
nog een pop te laten maken. In de kamer
werden verder nog allerlei oude meubels,
servies en andere gebruiksvoorwerpen ge
plaatst. De bedoeling was dat de voorwer
pen samen het interieur van een Walchers
boerenhuis zouden tonen. Deze stijlkamer
werd populair bij de bezoekers.
Een parade voor de koningin
In 1894 brachten ook koningin Emma en
prinses Wilhelmina een bezoek aan de
stijlkamer; voor hen werd op dinsdag 21
augustus 1894 een klederdrachtenparade
georganiseerd met vrouwendrachten uit
verschillende tijden uit heel de provincie.
Dit was een van de eerste keren dat de
Hoerenkamer in het gebouw van het Zeeuwsch
Genootschap der Wetenschappen aan de Latijn-
sche Schoolstraat in Middelburg, 1888.
(Zeeuws Archief, Zeeuws Genootschap, Zelan-
dia lllustrata, deel III, NL-MdbZA 295 688a)
streekdracht bewust aan de buitenwereld
werd gepresenteerd als bezienswaardig
heid. De parade werd georganiseerd door
een commissie onder leiding van de heer
Polman Kruseman, griffier van de Staten
van Zeeland. De andere commissieleden