Reactie
Ingelse in de Breestraat was zo'n huisjes
melker. Hij was zo erg op de centen dat hij
Pingelse werd genoemd. Pingelse had ver
schillende pandjes in de stad die hij ver
huurde aan lieden aan de onderkant van
de samenleving. Als je je huur niet betaal
de kon je rekenen op een pak slaag.
In de Rooie Buurt had men het beter voor
elkaar. Daar moesten de bewoners elke
week hun huur komen betalen in een ge
bouwtje van de socialistische woningbouw
vereniging. Naast het loket hing een
'schandlijst' met wanbetalers, dus je zorg
de er wel voor dat je op tijd was met het
voldoen van de huur.
Zo slingerden we door Middelburg, en door
de tijd. Er kwamen talloze foto's voorbij uit
privéarchieven en fotoalbums, en af en toe
zelfs een filmpje. De crisisjaren, de oorlog,
de inundatie - een kelder vol met paling
aan de Poelendaeleweg! - en de wederop
bouw, alles kwam aan bod. Maar toch niet
helemaal, want na een uur en tien minuten
was de toegemeten tijd om. De heren
mochten nog heel even in sneltreinvaart
laten zien waarover ze nog meer hadden
willen vertellen. De voorstelling had met
gemak een uur langer kunnen duren. Het
ging deze middag trouwens om een try-
out. Af en toe was er een hapering, maar
geen kniesoor die daarop lette. Tussen de
bedrijven door kreeg Nico Oskam, de voor
zitter van de huurdersvereniging, een kar
tonnen buste van Floor Wibaut overhan
digd, met de boodschap dat hij er bij het
gemeentebestuur op moet aandringen dat
een echte buste van deze befaamde volks-
huisvester in de Eigenhaardstraat wordt
geplaatst.
Met deze nieuwe voorstelling trekken de
gebroeders Antheunisse opnieuw de zalen
in - en misschien ook weer de boot op. Er
moet nog wel wat aan geschaafd worden,
maar eind november hadden de mannen
al drie boekingen binnen. Nogal wiedes,
want wie het optreden van Jan-Willem en
Johan gaat bekijken steekt niet alleen heel
veel op van de geschiedenis van de volks
huisvesting in Middelburg maar komt ook
geheid thuis met buikpijn van het lachen.
Bert Gerestein
Weemoed
Leen Jobse uit Oostkapelle heeft een aan
vulling op het artikel over de Zeeuwse
streekdrachttraditie in De Wete nr. 4 van
oktober jl. Hij bericht ons dat het feit dat de
Schotse kilt door een Engelse fabrikant is
geïntroduceerd, in zoverre juist is dat er
vanaf die periode gesproken wordt van
een kilt. Want "voor die tijd werd door de
mannen de belted plaid gedragen, een lap
stof van vijf a zes meter die met een riem
om het middel vast zat, het bovenstuk over
het bovenlichaam gedrapeerd. Na de
scheiding van boven- en onderstuk werd er
gesproken van de kilt en de plaid"
"Overigens", voegt Leen daar nog aan toe,
"wordt door de Schotten betwist dat een
Engelsman de scheiding bedacht heeft."