groot als in de kerk of bij de lezers van
Jeugdwerk Nu. Het alternatieve bij de over
grote meerderheid van de bezoekers is
slechts schijn en gaat niet verder dan het
dragen van een ander uniform dan het kos
tuum, het beluisteren van zogenaamde
popmuziek in plaats van James Last en het
slikken, spuiten, snuiven, roken en drinken
van hasjiesj, trips, heroïne, valium en
speed (en wat voor vage middelen nog
meer hachelijk gebrouwen worden in ver
vallen achterafschuurtjes bij rokerig kaars
licht) in plaats van (trouwens steeds meer
in combinatie met) bier, jenever of cognac.
Het alternatieve komt ook niet verder dan
het nauwlettend bewaken van de groeps
normen, en het met een even grote plaat
voor de hersenen lopen als de mensen
tegen wie men zich denkt af te zetten."
Het creatieve en vernieuwende gehalte
was in de jeugdcentra "net zo minuscuul
klein als waar ook ter wereld", stelde Nee-
teson vast. De magie van de movement
(underground, hippie enzovoort) was ver
dwenen. Het naïeve, weerloze, minst be
dorven individu werd "onder de voet
gelopen door schreeuwers, de opgefokte
minderweters, mensen die minder door
twijfels geplaagd worden omdat ze zich
minder hoeven af te vragen, de nep-filoso-
fen, Isd-wijzen, vuistvechters. De holle
vaten klinken in het open jongerenwerk nu
nog altijd het hardst, al zit er dan wah-wah
en nagalm op."
Het lag niet alleen aan de bezoekers. Het
grote probleem bij de meeste open jonge
rencentra, ook in Middelburg, was onder
waardering bij de geldgevers (rijk en
gemeente). Gevolg: ontoereikende gebou
wen, onderbezetting, ontoereikende finan
ciering. Dit maakte volgens Neeteson "van
open jongerencentra vogelvrije onderko
mens waar klaplopers, nepgangsters en
vechtjassen vrij ongestoord hun gang kun
nen gaan, en waar de rechtse journalistiek
ongestraft met de botte bijl op kan inhak
ken".
Stafleden en projectleiders moesten alles
maar kunnen, van boekhouden tot toiletten
ontstoppen, van filmprojectors bedienen tot
Kees Neeteson1985. (ZB Planbureau en
Bibliotheek van Zeeland, Beeldbank Zeeland,
Wolterbeek, 106066)
karate. En wee de projectleider die begaan
raakte met bezoekers en overging tot indi
viduele hulpverlening: "Hij steekt zich van
het ene wespennest in het andere, komt
onder de steken en ach, hoe zelden proeft
hij de smaak van honing." Kortom, het
open jongerenwerk was "een foltertuin voor
de werker", aldus Neeteson.
Van gebruiker tot bestrijder
En plots stond Neetesons schitterende col
lectie langspeelplaten aan de straat, vóór