20
verschillende namen gehad. Als ze van
eigenaar verwisselde kreeg ze nogal eens
een andere naam. Onder Cornelis van der
Welle heette de buitenplaats Leeuwen
burcht. Dat is een nogal woeste naam voor
zo'n rustige, vredige locatie. Maar er zullen
beslist geen echte leeuwen hebben rond
gelopen. De naam zal ontleend zijn aan de
stenen leeuwen waarmee de ingang van
een hof of herenhuis vroeger vaak versierd
werd.
Van Leeuwenburcht tot Schorenburcht
In september 1654 verkocht Cornelis van
der Welle "eenen geheelen huijse, hofstede
met schuijren en stallen zoals hetselve
gestaen en gelegen is in den dorpe van
Ooster Souburch, genaempt Leeuwen
burcht met bos en boomgaert, queeckerij
en zaai en weiland", in totaal ongeveer 25
gemeten (tien hectare). Dat was opvallend
veel land voor die tijd. Koper werd de Vlis-
singse koopman Schorrer voor de som van
4.500 pond. De buitenplaats kreeg meteen
weer een andere naam. Het werd Schoren
burcht, waarschijnlijk naar de familienaam
van de nieuwe eigenaar. Bij de buiten
plaats Thuinenburg, een eindje terug op de
Oude Vlissingseweg, was iets dergelijks
gebeurd. Daar had de eigenaar Thuineman
zijn eigendom ook naar zichzelf vernoemd.
De gebouwen van Schorenburcht lagen
dicht bij het dorp, maar de bossen strekten
zich uit tot aan het Ronde Putje.
Dorpsigt
Rond 1700 werd Gillis Thijssen eigenaar
van het landgoed. Hij doopte Schoren
burcht om in Dorpsigt. Later werd de naam
gespeld als Dorpzicht. Dat was natuurlijk
een toepasselijke naam, want vanuit het
herenhuis keek je door een lange, met
bomen beplante oprijlaan regelrecht op het
dorpsplein van Oost-Souburg. Gillis Thijs-
sen was een telg uit een geslacht van bur
gemeesters en zeeofficieren; ene Maarten
Thijssen was admiraal en Leonard Thijssen
(1628-1698) was burgemeester van Veere
en bewindvoerder van de Vereenigde
Oost-Indische Compagnie.
Van het prachtige landhuis was inmiddels
blijkbaar niet zo veel meer over, want vol
gens de Vlissingse predikant en geschied
schrijver Gargon had Thijssen het "uit de
verbrandde assche" opnieuw opgebouwd.
Gargon schetst in zijn Walchersche Arkadia
een heel aardig beeld van de buitenplaats
tijdens een rondreis met enige vrienden
over het eiland Walcheren.
In mei 1755 werd Dorpzicht verkocht door
de voogden van de minderjarige kinderen
van vrouwe P.J. Nagtegaal, weduwe van
Gillis Thijssen. Koper werd meester Pieter
Willem Lammens voor de prijs van 1.570
pond Vlaams.
Rond 1800 was meester Cornelis Bertling
de eigenaar van het landgoed. Hij was
gehuwd met Anna Elizabeth Wils. In maart
1811 verkocht zij als weduwe van meester
Bertling het bezit, "bestaande uit een Hee
renhuis, koepel [theehuis], tuinmanswo
ning, schuur, stallen, bak- en winterkeet en
verdere gevolgen zoals Bosch, Moestuinen,
pleinen en Weelen [vijvers]". Koper was
Jean Baptiste Alexandre, een Fransman
geboren te "Rouaan" (Rouen) in 1771. Hij
was koopman van beroep en was in 1796
in Vlissingen komen wonen. Kort nadien
trouwde hij met Catharina Schout uit Sint
Laurens. Vermoedelijk is Alexandre, net als
vele anderen, met het Franse leger mee
gekomen. In het kielzog van zo'n (bezet-
tings)leger kwam meestal een lange stoet
handelaren en ander volk mee die probeer-