26 Jacob Hendrik Paspoort is waarschijnlijk wel een goede burgemeester geweest, anders had hij het zo lang niet uitgehou den. Een burgemeester stond toen nog midden in de lokale gemeenschap. Je kon desnoods 's nachts nog bij hem aanbellen, hoewel hij dat vast niet prettig gevonden zal hebben. Hij had zelf geen kinderen, maar stond wel bekend als een kinder vriend. Ongeveer eens in de vijf jaar al thans nodigde hij de kinderen van de open bare lagere school uit voor een feestje op zijn buitenplaats. Soms waren dat er wel meer dan honderd. Volgens de Middel- burgsche Courant werden de kinderen "feestelijk onthaald" en beleefden ze er "genoeglijke uuren". Een goede burgervader De burgemeester ging ook met zijn tijd mee. In mei 1868 nam hij zelfs uit eigen beweging gedeeltelijk afstand van het "heerlijk Recht van Grijpskerke". Als am bachtsheer had hij zeggenschap over de benoeming van predikanten en onderwij zers in dat dorp, maar dat vond hij een nutteloos overblijfsel uit een feodale perio de. De jacht- en visrechten in en om Grijps- kerke bleef hij evenwel tot aan zijn dood behouden. Dat leverde namelijk nog wat geld op, en jagen en vissen was nog altijd in trek bij heren van zijn stand. In september 1872 was het groot feest op West-Souburg. Op de voormalige begraaf plaats aldaar werd een monument onthuld ter ere van Marnix van Sint-Aldegonde. Het dorpsplein was voor die gelegenheid fees telijk versierd met erepoorten en veel groen en bloemen. Afgevaardigden van de Ant werpse Geuzenbond arriveerden per stoomtrein in Middelburg. Het was de eer ste officiële rit, want het laatste baanvak van de lijn Bergen op Zoom-Vlissingen was nog maar net gereedgekomen. Ook een groot aantal belangstellenden van elders was met de trein meegekomen, evenals een muziekkorps. Verscheidene sprekers uit Zeeland en Vlaanderen voerden het woord. De heer Van Taele, schepen van Antwerpen, sprak zijn erkentelijkheid uit aan het Souburgse gemeentebestuur voor Marnix van Sint-Aldegonde door Hendrik Bary. (wikimedia) hun medewerking aan de totstandkoming van het monument. Ook de "onafzienbare menschenmassa en alle Noord-Nederland- sche broederen" betrok hij in zijn dank woord. Het toespraakje van de twaalfjarige C.A. van Reest, zoon van een Souburgse onderwijzer, leidde tot groot vermaak bij het publiek; het werd onder "luide toe- ddier zien- nnj^Alttmxx noch dienCB rujjel hrapht m't leven Deajclrandrea. dalman,, die 't IPaapendonv deed heven Den <Colk der bijbeltaal, op maat, en zonder maat- DenCPreddkant voor 'tlof: den 'Raadsman van- denjtaat. üarr jculf,. -g

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2018 | | pagina 28