Piet de Plaa
9
Volksverhalen over een toverdokter in Meliskerke
"Van daar dat ik nog spreek
nadat ik gestorven ben"
Onlangs kocht ik in een kringloopwinkel het
zeldzame Receptenboek ter genezing van
zieke paarden en koeien. Het is in 1891
geschreven door de Meliskerkse veearts
Piet de Plaa. De De Plaastraat in Melisker-
ke herinnert nog aan deze markante man.
Op de titelpagina van het boek lezen we:
"Ieder zijn eigen veearts." Het is gedrukt bij
de snelpersdrukkerij van M.S. de Zeeuw in
Middelburg en kostte destijds 60 cent.
Als we het boekje openslaan lezen we het
volgende voorbericht. "Ik neem bij deze de
vrijheid dit Receptenboek, voorzien van de
noodige voorschriften hoe de Recepten te
gebruiken, aan mijne landgenooten die
veehouders zijn, aan te bevelen en voor
wie het een onmisbaar handboek is. Het
bevat een schat van middelen die van een
onberekenbaar nut kunnen zijn. Een zestig
jaren lange ervaring deed mij besluiten, dit
in druk te doen overgaan, van daar dat ik
nog spreek nadat ik gestorven ben. Ook
heb ik gemeend hetzelve tot nut van iede-
ren veehouder verkrijgbaar te stellen tegen
een geringen prijs om uit dezen rijken
schat veel lijdend vee ter hulp te komen. Ik
twijfel niet of de ondervinding zal deze
poging zegenen en ieder bezitter van dit
boekje zal het als een dierbaren schat be
schouwen. Voor elk recept is alles Medici
naal Gewicht aangegeven. De Heere zege-
ne het! P de Plaa."
De Meliskerkse paeremeester
Piet de Plaa woonde in de Torenstraat in
Meliskerke, in het smalle pand tussen de
latere timmerwinkel van Piet Harpe en de
wagenmakerij van Adriaan Davidse. Als je
het pand binnenging stond je meteen in de
apotheek, een vertrek met een toonbank
en een opstand voor medicijnflessen. Ach
ter deze kamer was een vertrekje met een
bed waarop De Plaa overdag lag te slapen.
's Nachts studeerde hij veel. Hij had een
betrekkelijk grote bibliotheek van dogma
tisch christelijke lectuur. Verder bezat hij
enkele schilderijen. In de woning ernaast,
de latere timmerwinkel dus, woonden zijn
vrouw, dochter en schoonzoon met hun
drie kinderen.
Hoewel De Plaa de veeartsenij met de
paplepel ingegoten heeft gekregen, heb
ben veel schrijvers - onder wie Jan Vader
die hem goed heeft gekend - hun twijfels
over zijn bekwaamheid.
Piet de Plaa, de Meliskerkse paeremees-
ter, zoals hij werd genoemd, werd op 16
mei 1814 om halftwaalf 's nachts geboren
in West-Souburg. Hij was een zoon van
Cornelis de Plaa en Pieternella Kesteloo.
In de geboorteakte lezen we dat Cornelis
de Plaa "veedoctor" was. Op 12 januari
1833 trouwde Piet op 18-jarige leeftijd met
de 20-jarige in Middelburg geboren Adriana
IJsebout, dochter van boer Cornelis IJse-
bout en Elizabeth de Lange. In de trouwak
te staat bij zijn beroep "particulier" omdat
hij toen waarschijnlijk nog in de leer was.
Op 19 augustus 1833 om halftien 's avonds
werd in West-Souburg hun dochter Pieter-
nella geboren. In de geboorteakte staat nu
bij De Plaa's beroep het woord "veearts".
Op 24 mei 1834 meldt de Middelburgsche
Courant dat hij zich in die hoedanigheid in
Koudekerke heeft gevestigd. Hij heeft daar
maar kort gewoond, want volgens het be
volkingsregister van Meliskerke liet hij zich
daar al een jaar later, op 3 mei 1835, in-