18
brengen en zo de klantjes van mijn vader
afpikten.
Het paard Oscar
In 1946 woonde mijn vader nog bij zijn
ouders in de Baanstraat. Zijn paard-en-wa
gen werd gestald in het pakhuis van kolen
handelaar Janus Simpelaar op het bolwerk
bij de Seismolen. Dit al lang geleden ge
sloopte pakhuis stond aan de toegangsweg
naar de molen.
Jarenlang heeft Oscar voor de rode wagen
gestaan. Mijn vader: "Dat paard was een
draver geweest, maar hij kreeg iets aan z'n
knie. Dat kan je zien op foto's, de knie is
een beetje opgezwollen. Voor de stadsbe-
steldienst was hij nog wel geschikt. Als je
'm maar niet te veel opjoeg en het maar
rustig met hem aandeed, ging het prima."
Nel: "Toen dat paard echt versleten was
weet ik nog dat opa 'm moest wegbrengen,
naar de trein - waarschijnlijk voor de slacht.
Volgens mij was Jan toen al terug uit Indië.
Opa wilde absoluut niet dat Oscar aan een
handelaar verkocht werd, anders zou ie de
volgende dag weer voor een wagen staan.
Opa had het er duidelijk moeilijk mee."
Naar Indië
Zoals zovelen ontkwam ook mijn vader niet
aan de militaire dienstplicht. Ongeveer
zeven weken nadat hij de stadsbestel-
dienst was begonnen werd hij al opgeroe
pen. Hij moest zich melden bij de Cort
Heijligerskazerne in Bergen op Zoom en
kwam bij het onderdeel 3.3 R.I. terecht.
Mijn opa nam toen zijn ontslag bij Alewijn-
se om de besteldienst van zijn zoon voort
te zetten. Hij wist toen nog niet dat hij dat
meer dan drie jaar zou moeten doen, want
na verloop van tijd kwam het bericht dat
mijn vader naar Indië moest.
Mijn tante Nel hierover: "Opa zette de be
steldienst toen wel voort, maar een vetpot
was het niet. Elke zaterdag werden de
inkomsten geteld en moest er een bedrag
voor Jan opzijgezet worden. Moeder klaag
de weleens dat er voor ons te weinig over
bleef om het gezin te kunnen onderhou
den."
l
Jan Koppejan als militair.
Toen bekend werd dat mijn vader naar
Indië moest kreeg hij nog enige tijd zoge
heten inschepingsverlof. Mijn vader: "Dat
verlof was maar twee weken. In die tijd
maakte ik een platte, lage wagen. Die zette
ik in elkaar op het Seisbolwerk bij de
schuur van Janus Simpelaar. Aan materi
aal pakte je wat je pakken kon, want echt
veel was er toen nog niet. Ik maakte een
wagen met geveerde wielen. Achteraf ble-