33 met artikelen uit stapelcontracten. De brief eindigt met het verzoek "dat onze regtmati- ge reden tot klagen, wegens contraventien van het stapelcontract mogen ophouden". De redenen tot klagen zijn niet heel verras send. We hebben gezien dat het negeren van de stapel in Veere al vanaf de zeven tiende eeuw voorkwam. de (handels)betrekkingen tussen Veere en Schotland, maar bewijzen voor een stapel- of handelscontract vanaf 1444 zijn er niet. De heren van Veere en later de magistraat gebruiken dit huwelijk om het stapelcontract mooier (dat "genoegsaem zonder interruptie heeft gesubsisteert") en ouder voor te stellen dan het is geweest. Een oud contract? Opvallend is dat de magistraat spreekt over de inbreuk op een contract dat sinds 1444 zonder onderbreking heeft gefuncti oneerd. Een propositie van de heren van Veere tot behoud van de Schotse stapel in 1753 verwijst tevens naar 1444.16 Hierin staat onder andere dat "volgens Privilegie van Koning Jacobus I., reets ten Jaare 1444 aan deze Stad vergund, alle de Court-Waaren volgens een Lyst daar van bekend, binnen deze Stapel-Plaats moes ten gebragt, opgeslagen, verkogt en na elders vervoert werden". Het jaartal 1444 verwijst naar het huwelijk tussen Wolfert VI van Borsele, de latere heer van Veere, en Mary Stuart, dochter van koning Jacobus I van Schotland. Dit huwelijk zal belangrijk zijn geweest voor Gezicht op Veere, door J.B. Seghers, 1669. (ZB\ Planbureau en Bibliotheek van Zeeland, Beeldbank Zeeland, prentbriefkaart 15170) Een teken dat het echt niet goed ging met de Schotse handel in Veere. Al deze correspondentie heeft uiteindelijk wel geleid tot een nieuw stapelcontract met Veere in 1783. Dit zou ook het laatste contract zijn. Op 10 oktober 1799 werd het stapelcontract bij decreet van de Bataafse Republiek vernietigd. Michiel van Wijngaarden 1. Dit waren steden die een koninklijk charter hadden ontvangen. Ze werden vertegenwoor digd door de Convention of the Royal Burghs

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2019 | | pagina 36