Zwierende Sweerts 11 Escapades van een Amsterdar marskramer op Walcheren van bonen, dus bleef er altijd veel over. Op dinsdag kregen we aardappels met vlees en groente. 's Woensdags aten we rijste brij, wat ik afsohuwelijk vond. Ik hoefde dan ook maar één lepel te nemen en als ieder een klaar was, zat ik nog te kieskauwen en vroeg de vader mij of er graten in zaten. De vader liep al de tijd dat er gegeten werd de zaal op en neer, want je mooht niet pra ten onder het eten. Als de tafel was afge ruimd zat ik er nog steeds, maar zodra de vader even de zaal verliet kwam Elisabeth, die gauw de kliek in haar zakdoek deed en dan was ik klaar. De vader zei dan nog wel: "is het nu ineens op?", maar hij be greep het natuurlijk wel. 's Woensdags en 's zondags kregen we een schone zak doek, en zo kon Elisabeth de hare gauw uitspoelen van de rijstkliek. Donderdags aten we weer aardappels met vlees en groente en op vrijdag aardappels met sla en zoute vis of een ei. En in de winter kregen we erwtensoep waarin spek was gekookt, dezelfde spek die je dan 's zaterdagsavonds op je boterham kreeg. Ik kon niet tegen spek en gaf 's nachts vaak over. Op zaterdag aten we weer aardappels met vlees en groente en 's zondags weer rijste brij. Dan waren de meeste kinderen niet thuis en mocht je bij familie eten. Gelukkig maar. Dat was het weekmenu in ons weeshuis. Paulina van Moolenbroek In De Wete van juli 2020 verschijnt het tweede deel van dit verhaal. Als u in het bezit bent van foto's of aanvul lende informatie over het Burgerweeshuis in Vlissingen, dan zou de redactie die graag van u willen ontvangen op redactie- dewete hkwalcherennl Op 26 mei 1707 verschenen er zes vrou wen bij notaris Martin Lindouw in Amster dam om op verzoek van Aaltje Tekelenburg te getuigen over de escapades van haar echtgenoot, Engelbert Sweerts. Deze kleermaker reisde regelmatig rond met een kraam in Zeeland en verkeerde in een staat van "continuele dronkenschap". Met zijn alcoholisme had hij de afgelopen jaren een spoor van vernielingen, schulden en gêne getrokken door Amsterdam maar vooral ook op Walcheren. Hierdoor werd hij door zijn vrouw en de overige getuigen niet langer in staat geacht zijn handel en huis houden te bestieren. Illustratie aan de kop: Dronken man, zittend op een vat. Sophia Wilhelmina Evans (detail). (coll. Rijksmuseum)

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2020 | | pagina 13