42
lopen. De Spaansgezinde burgemeester
Jacob Joosz. geeft zijn keten over aan het
oudste raadslid en vertrekt met zijn vrouw
nu zelf in ballingschap. "Die hier als kind
zijn woning had, Wordt werelds vreemde
ling." En het volk zweert trouw aan de
prins. "Van nu af aan, Voor God en voor
Oranje! Nu en voortaan, Voor Zeeland
Uit: Frits Lensvelt, 'Middelburg's overgang in
1574'. Speciale uitgave, 1925. De Prins arri
veert (detail). (foto Ida Doorenweerd)
tegen Spanje." Ook Gelein Jansz. d'Hoor-
ne zal terugkeren in Middelburg en wordt
de eerste voorganger van de Nederlandse
Hervormde gemeente.
Koninklijke gasten
De koninklijke familie (Wilhelmina, Hendrik
en Juliana) woonde het spektakel bij. Een
dag later, op 7 augustus, deed de Middel-
burgsche Courant uitvoerig verslag van het
koninklijk bezoek en van de vele toespra
ken die zij hadden mogen aanhoren. Na-
tuurlijk bleef ook het openluchtspel niet
onbesproken. "En nu onze indruk van de
voorstelling. Die is deze: dat we genoten
hebben van een esthetisch schouwspel dat
herhaaldelijk ons sterk ontroerde." "We
hebben in ons vorige nummer Dr. Boutens
geroemd als de ontwerper. Maar we heb
ben nu Frits Lensvelt te roemen als de man
die de uitbeelding tot in honderden details
uitwerkte en... instudeerde." "Men telle het
niet licht om, door een groep van een 350
dilettanten zulk een ingewikkeld spel zo
prachtig te doen verlopen." "En over die
dilettanten niets dan goeds. Ze zijn prach
tig! Het zijn figuren van een Memlinc-schil-
derij! Hoorden wij Dr. Boutens bij een der
laatste repetities zeggen. En ook de
kleding werkte krachtig mee tot het wekken
van stemming. Aan mevrouw Nell Bronger
daarvoor de eer!"
Enige kritiek klonk ook door. De muziek
bleek hier en daar niet synchroon te lopen
met de actie op het toneel. Daardoor viel
de opkomst van de prins van Oranje enigs
zins in het water. Wellicht was het niet ge
heel toevallig dat de componist van de
muziek zich op het moment suprème liet
vervangen door koordirigent Caro.
Na afloop werden de hoofdrolspelers, on
der wie Frits Lensvelt, aan de koningin
voorgesteld. Dat viel nog niet mee: "De
heer Lensvelt moest uit de spelers worden
voorgeroepen, daar hij zich, getooid met
een merkwaardig schippersbaardje, onder
de spelers bevond." Daarna trok de konin
gin zich terug in het stadhuis, terwijl het
hele toneelgezelschap door de straten van
de binnenstad trok om zich te tonen aan de
velen die hen wel konden horen maar niet
konden zien. Het bleef die dag nog lang
onrustig in de stad, zullen we maar zeg
gen.