La cathédrale engloutie
Laagtij draagt water naar de zee,
het slik gloeit na.
Zo keert het weer
en strijkt, de trage dag ten eind,
een ijle winter neer.
Het helle zout, de roep
vlaagt uit over het veld
vol huiver om dit laat bezoek.
De reiziger moet alles over doen:
de schaduw van de kleur
en van de geur de spijt.
De vloed zinkt in de eeuwigheid.