JACOB VAN MAERIAND (Sint-)jacobskerk in Vlissingen zagen pelgrims uit het noorden een stopplaats op bedevaart naar Santiago de Compostela. Hier baden zij hun schietgebedjes en hun noveen, in de omliggen de herbergen kwamen zij zich laven. Volgens de legende werd het lichaam van de apostel Jacobus naar Spanje gebracht door zijn getrouwen en begraven in het huidige Santiago de Compostela. De (Santiago-heilige) Jacobus had zeven jaar lang het christendom gepredikt in Spanje en was daarna in Palestina de marteldood gestorven. In de loop van de eeuwen was men de plek waar het graf zich bevond vergeten. Tot in de negen de eeuw door een mysterieuze ster en engelengezang aan een heremiet de plaats van het graf werd getoond. Vandaar de naam Santiagio de Compostela, wat "de heilige Jacobus van het sterren- veld" betekent. Vroeger en nu gaat men er op bedevaart om bepaalde gunsten te vragen, om boete te doen of uit dankbaar heid. Daar de bedevaarten dikwijls zeer lang en moeilijk waren, werden op verschillende plaatsen gasthuizen, kerken en kapellen geplaatst om de bedevaartgangers te herbergen. Zou de koster van Voorne voor de entourage van Floris V hiervoor de reisroute hebben aanbevolen dwars door Zeeland, langs de Jacobskerk van Vlissingen? Want, zoveel is zeker, Vlissingen was zo een halte voor de pelgrims. En onze 'Jacob' van Maerlant had, naar middel eeuwse gewoonte, een grote voorliefde voor de patroonheilige van zijn doopnaam... Vandaar. Floris V en Jacob van Maerlant: hun wegen kruisen elkaar vaak. |®/e productiviteit van Jacob van Maerlant is te verklaren door zijn talent en gedrevenheid, maar ook door de nabijheid van het grafelijke hof. Jacob van Maerlant moet zich in de omgeving hebben opgehouden van de jonge Floris V, graaf van Holland. Graaf Floris was pas zes toen Jacob in Holland-Zeeland aankwam, maar had een grote toekomst voor zich als erfgenaam van graaf Willem II, die door de Friezen werd gedood bij een militaire expe ditie in het noorden van zijn rijk. Willem sneuvelde op een hoogst ongelukkig moment: in 1247 was hij gekozen tot koning van het Duitse Rijk ("Roomskoning", zoals hierboven aangegeven, dat is de hoogste vorst over het Heilige Roomse Rijk) en hij zou zelfs tot keizer worden gekroond. Maar helaas vond hij vóór die kroning de Friezen op zijn pad. Mogelijk is het in dat kader dat de opvoe ding van de jonge Floris zo ambitieus werd opgevat. 192

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 1997 | | pagina 194