EN JAAR HOGESC
view met De Beijl in 1987 op. De Beijl zelf zei er toen over dat hij
niet had gedacht dat de afzonderlijke instituten zich zo diep in
hun eigen stellingen hadden ingegraven. Elk van die instituten
wilde de eigen positie veilig stellen. Dat was als het ware een
politiek gegeven. Men wilde de standplaatsen Vlissingen,
Middelburg en Goes handhaven. Dat speelde vooral bij Goes en
Vlissingen. Men wilde een zware vertegenwoordiging in het
bestuur, om een vinger in de pap te kunnen houden. 4
In 1987 telde het bestuur dertig leden. Acht kwamen er uit het
bestuur van de Zeevaartschool, zes uit dat van de HTS, vijf uit het
bestuur van de School voor HEAO, vier uit de besturen van de
samenwerkende Pedagogische Akademies, vier uit dat van het
Hoger Gezondheids Zorg Onderwijs en twee uit dat van het
Hoger Laboratorium Onderwijs. De voorzitter - De Beijl - was
onafhankelijk. Er kwam een Centrale Directie, waarin elk instituut
een lid benoemde. De voorzitter van de Centrale Directie kwam
van het I.H.B.O. Dat was destijds ir. T. Douma. De financieel
directeur, R.K. Jackson, kwam van het maritiem instituut
"De Ruyter". De samenwerkende Pedagogische Akademies vaar
digden M.P.F. Haak, afkomstig van de Christelijke Pedagogische
Akademie, af om directeur personeelszaken te worden en de
Zeeuwse Academie voor Chemie en Gezondheid had met
Dr. M.M. Springer ook een vertegenwoordiging in de Centrale
Directie. Springer kreeg de portefeuille onderwijs.
A.J. Kaland, hier als
spreker bij de opening
van het academisch
jaar 1989. Hij heeft bij
de totstandkoming
van de hogeschool
een belangrijke rol
gespeeld.
Drs. N.J. Ginjaar-
Maas is voorzitter
van het stichtings
bestuur van de hoge
school sinds 1996.
32