Vrije pers in
1997 weer
afgenomen
WILLEM FREDERIK DE PAGTER
washington, 2 mei. Eén op de
vijf mensen op aarde heeft toegang
tot een vrije pers. In" 1997 ïs de
persvrijheid opnieuw iets afgeno
men. Dat meldt Freedom House,
een organisatie die zich met pers
vrijheid en censuur bezighoudt.
Volgens een rapport is de persvrij
heid vorig jaar in 49 landen afgeno
men en in 43 landen toegenomen.
Volgens Freedom House leven er
1,2 miljard mensen in landen waar
de persvrijheid wordt geëerbie
digd, leven er 2,2 miljard in landen
waar dat gedeeltelijk het geval is en
heeft de rest 2,5 miljard mensen
in 65 landen alleen toegang tot
media die geheel door hun regime
worden gecontroleerd. Freedom
House promoveerde over 1997
Hongarije, Sao Tomé, de Filippij
nen en de Dominicaanse Repu
bliek tot de categorie landen waar
de media geheel vrij zijn. Congo
(Kinshasa), Djibouti, Kenia, Zim
babwe, Qatar en Libanon zakten
af naar de categorie 'onvrij' en Bra
zilië naar 'gedeeltelijk vrij'. Het
aantal mensen in landen met een
vrije pers daalde met één procent.
Turkije werd gehekeld als de 'ern
stigste schender* van persvrijheid
in de democratische wereld. Als
meest onvrije landen worden Af
ghanistan, Algerije, China, Cuba,
Indonesië, Noord-Korea, Libië,
Nigeria, Oezbekistan en Tadzjikis
tan genoemd. (Reuters, AFP)
(NRC, 02-05-98)
studie in Amerika, opnieuw in Iowa - nu aan de Iowa State
University, militaire dienst als intendance-officier, een commer
ciële loopbaan die begon met het verkopen van Quaker Oats
honden- en kattenvoer in blik - prachtig als je dat aan een slager
kon slijten!, had hij in Amsterdam in zijn 'vrije tijd' de zaterdagse
perscolleges gevolgd van de journalistencursus van het Persinsti
tuut, waarin de Nederlandse Dagbladpers en de Nederlandse
Journalistenvereniging samen met de Gemeente Universiteit
van Amsterdam betrokken waren. Hij kreeg er colleges van onder
anderen Rooij en Baschwitz. Een marketing-man, die perscolleges
volgt. Daar moet toen reeds een diepere reden voor zijn geweest
dan dat zijn vader, eerst als boekhouder, later als procuratiehouder
en directeur, bij een krantenuitgever werkte.
Tijdens ons eerste gesprek zit hij onder een stilleven van Claire
Bonebakker, die ooit in ditzelfde huis woonde. Er zijn houtsculp
turen van Jean Paul Baurens, die hij ontdekte in het dorpje Cordes
in de Tarn, Frankrijk. Er hangt een ets van Ripollés, de schilder uit
Cataluna, die in Veere een pleisterplaats had. Er is een icoon van
een tienjarig Roemeens meisje. Er zijn werken van Mira Peters,
die nu - na zijn weduwnaarschap - zijn tweede echtgenote is.
Boeken: De Sofist van Plato in de vertaling van Hans Warren en
Mario Molegraaf, mooi uitgegeven door Bert Bakker, de nieuwe
uitgave van Huizinga's Herfsttij der Middeleeuwen, een boek
over Monet.
Is Mira Peters de traït-d'union? Zeker in zijn persoonlijk leven.
Misschien ook door haar verbeelding van ongebreidelde natuur -
Let the birds sing -, vooral van het Zeeuwse landschap, dat voor
hem als geboren Middelburger een navelstreng is, en door haar
artistieke verwerking van 'existentieel nieuws', zoals bijvoorbeeld
van de Golfoorlog. Te zien op internet: http://www.artcircle.com.
Ook haar serie 'Humanity' moet hem aanspreken.
Geboren in 1938, heeft hij in zijn kinderjaren genoeg van de
Tweede Wereldoorlog meegekregen om zich levenslang te
identificeren met een vrijheidsideaal en weerstand tegen onder
drukking. Hij herinnert zich de angstgevoelens van zijn ouders
en de manier waarop ze gereageerd hebben op de tijd van bezet
ting en onderdrukking. "Daar is iets van blijven hangen", zegt hij.
Doelt hij onbewust ook op het dilemma van een krant in oorlogs
tijd tussen het aan het werk houden van personeel en hen daar
mee vrijwaren van transport naar werkkampen in Duitsland
enerzijds, anderzijds het opgeven van de vrijheid om bezettings
ideologie en onrecht te ontmaskeren? Hoewel het een zaak was
van de toenmalige eigenaren Den Boer en Van de Velde, moet zijn
vader daarin betrokken, althans geraadpleegd, zijn geweest.
42