i f f DE DELTA vrij het eiland in en uit stroomde. Geavanceerde technieken, zoals sluiting met caissons, waren nodig om de zaak te klaren. Later werd die techniek op grote schaal toegepast bij de Deltawerken. Den Doolaard noemde de waterstaatsingenieurs watertovenaars, die maakten dat Nederlanders het heel gewoon vonden "om te wonen op de bodem van voormalige plassen en binnenzeeën, enkel van de brullende zee gescheiden door een dijk". De zee was de vijand en daarmee uit. Dat maakte de zaak duidelijk en overzichtelijk. Dan komt de ramp van 1953 over Zeeland en heel zuidwest Nederland. De beelden van koningin Juliana in kaplaarzen, daar naast van dode mensen en koeien heeft iedere Nederlander van boven de vijftig onuitwisbaar opgeslagen in zijn langetermijn- geheugen. "Dat nooit meer", zei de hele samenleving. Het Deltaplan was hét antwoord van Rijkswaterstaat, de politiek en de hele maatschappij op het "keren van de waterwolf": een sterke en verkorte kustlijn. Dat plan was hét antwoord op de zoetwaterbehoefte van de landbouw. Dat plan was hét antwoord aan de Belgen, met wie was afgesproken dat voldoende diepe en comfortabele vaarwegen door de Delta zouden worden aangelegd. Dat plan was hét antwoord voor een Provincie Zeeland die nog in hoofdzaak per veerboot bereikbaar was. GOER EE Hanngdiet sluizen A, SCHOUWEN OVERFLAKKEE Volkwakdarn^^Os^ D U 1 V E LA N D Zierikzee NOORD- BEVELAND MEER Zandkreek <f WALCHEREN d1m o fj Scftejs? Goes C Middelburg cp? <5* Plulipsdam Krammers)ul zen SINT Z00MMEER PHILIPSLAND o> THOLEN 7? Tholen Zoommeer VcJkerakÜuis f»®> Yerseke Bergen op Zoom ZUID BEVELAND Marets Vlissingen meer Kreekraksluizen Verdronken land Terneuzen vansaëfthmge Antwerpen 9

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 1999 | | pagina 11