regie van Het Zeeuwse Landschap - onderzoek naar de visstand in de Schelde. Vier maal per jaar zetten ze fuiken in de geulen van Saeftinghe. Ze registreren de soorten in aantallen en maten. In hun verslag over 1999 melden ze: "Het is duidelijk dat de laatste jaren bijna geen vis meer wordt aangetroffen met huidaandoeningen zoals rode plekken, gezwellen en misvormingen". Ze telden in dat jaar veertig soorten, waarbij het voornamelijk ging om jonge individuen, kleiner dan vijftien centimeter. De Westerschelde en de vogels van Europa Vooral de Hooge Platen en het Verdronken Land van Saeftinghe zijn van mondiaal belang voor broedvogels, doortrekkers en overwinteraars. Ganzen en eenden, die 's zomers broeden in Siberië, op Nova Zembla en in Scandinavië, komen met tienduizenden in het najaar naar hier om te overwinteren. In de zomer, als die noordelijke gasten al lang weer ver trokken zijn, broeden op de schorren en platen in de Westerschelde op hun beurt tienduizenden vogels, die de winter hebben doorgebracht in Zuid-Europa en West-Afrika. Van de poolcirkel tot de evenaar is er langs de Atlantische kusten een keten van gebieden -stepping-stones - die van belang zijn voor het over leven van vogels. De Duitse en Nederlandse wadden, het IJsselmeer, de Zeeuwse Delta met de Hooge Platen en Saeftinghe, de Vallée de la Somme in Noord-Frankrijk, de Camarque in de delta van de Rhone, Coto de Donuana bij Sevilla in Zuid-Spanje, delen van Mauretanië en Senegal in West-Afrika. Al deze 'wetlands' moeten we in samenhang bezien. De Westerschelde heeft daarbij een centrale positie. Het zijn gebieden die op grond van internationale conventies volledige bescherming genieten. Toch moeten we alert blijven om die bescherming in de praktijk ook duurzaam af te dwingen. Ons verzet tegen verdere verdieping van de Schelde past in die zorgzaamheid. Voortdurend zullen wetenschappers de biologische processen in het Schelde-estuarium moeten blijven analyseren. Wetenschappers van aca demisch niveau, ook en vooral mannen en vrouwen die systematisch in het veld hun waarnemingen doen en daarover publiceren. Zij moeten gegevens aanleveren, waarmee beleidsmakers en bestuurders de juiste beslissingen kunnen nemen voor herstel en behoud van de grote ecologi sche waarde van de Schelde. In de wintermaanden rondom de eeuwwisseling verbleven vier jonge zeearenden in en rond Saeftinghe. Duizenden mensen hebben daar uren lang op de zeedijk gestaan om die indrukwekkende vogels met kijker of telescoop te zien. Voor velen een ervaring om nooit te vergeten. De Westerschelde is meer dan een vaarweg alleen. 163

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2000 | | pagina 165