DE LAATSTE WEERVISSERS
punten vissersvaartuigen meende te ontwaren, kreeg het RIVO het ver
zoek om uitleg van het vreemde verschijnsel. Visserijbioloog P. Korringa,
directeur van het RIVO, kon het raadsel inderdaad snel oplossen: op de
foto stonden de enorme taartpunten van zes weervisserijen.
Zo zag een KLM-piloot
zeventig jaar geleden de
weervisserijen onder zich.
(Foto KLM aerocarto)
Het is begin maart als we elkaar spreken en het is koud buiten. Maar in
de donkerbruine huiskamer aan de Artilleriestraat in Bergen op Zoom
verspreidt de houtkachel een sfeer die je onmiddellijk terugbrengt in de
jaren vijftig. Cor zit aan de eettafel en draait een shagje uit de buil zware
Van Nelle die voor hem op het tafelkleed ligt. De asbak is gevuld, de
koffie is sterk en zwart en dat heeft zijn sporen nagelaten in de klank
kleur van zijn stem.
Met die doorrookte stem vertelt hij zijn verhaal van de weervisserij.
In korte zinnen zonder enige ophef of emotie. Bij Cor moet je niet zijn
voor een uitbundige schildering van het harde leven op de Oosterschel-
de. Hij is een meester in het relativeren. Als ik een artikel uit 1963 citeer
van professor Korringa, die de weervissers omschrijft als 'een apart slag
mensen met een sterk ontwikkeld gevoel voor vrijheid en onafhankelijkheid, die
aan de watergeuzen doen denken en die node rekening houden met van over
heidswege gegeven voorschriften'klinkt er een schamper lachje: "Watergeu
zen... Natuurlijk hield ik van het vissen omdat je dan een beetje vrij man bent.
En van de overheid moesten we inderdaad nooit veel hebben. Maar welke visser
moet dat wél?"
42