Wonderlijke abstractie
KUNSTSCHILDER RUDOLF HAGENAAR
permitteren om onze boterham tussen de middag in het museum op te
eten. Je zat er lekker warm en bovendien kon je er prachtige dingen zien."
Hij leert er méér dan op de academie. Bestudeert de verflaag, de penseeltoets, de
compositie en vraagt zich af hoe de maker van het schilderij te werk is gegaan.
"Dan dacht ik: hoe heeft-ie dat gedaan, waarom doet-ie dat zo? En dan
ontdek je de meest wonderlijke dingen. Dingen die helemaal niet kunnen.
Neem De Staalmeesters van Rembrandt. Die tafel... Die tafel is een mees-
tervondst! Het kan helemaal niet want je ziet rustig hun armen op tafel
liggen terwijl die tafel vanuit een ander perspectief is geschilderd dan
de personen die eraan zitten. Alsof de beschouwer heel laag zit en die
figuren uit de tafel omhoog rijzen. Een formidabele vondst! Anders zou
je bovenop die tafel kijken en dan krijg je dat gefriemel met al die handen
en met al die armen die daar overheen liggen. Dat zou geen gezicht ge
weest zijn. De dikte van de verflagen toont aan dat Rembrandt het wel
eerst anders geprobeerd heeft maar uiteindelijk de beslissing heeft geno
men om het zó op te lossen.
Kijk, dat soort dingen leer je niet op een academie..."
De wereld van Kandinsky en Pollock is zijn wereld niet. Hij heeft zich ook nooit
thuisgevoeld bij de heftige spontaniteit van Kokoschka en Bacon. Het non-figura
tieve vat: Mondriaan ligt hem ook niet. Toch, als je naar zijn composities kijkt,
zie je wel degelijk een abstractie.
"Dat is het wonderlijke. Als je tegen een non-figuratief schilder zegt dat
je net zo zeker als hij met compositie bezig bent, met vorm en met kleur,
dan kijkt-ie je aan alsof dat absoluut niet mogelijk is. Schilders hebben
dat natuurlijk altijd gedaan. Wil een schilderij geslaagd zijn, dan moet
het natuurlijk ook aan die voorwaarden voldoen.
Ik kan me niet voorstellen dat iemand niét ziet welk een razend knappe
composities er eigenlijk door die Griekse vazenschilders werden
gemaakt. Die gewoon met een griffeltje in de natte klei bezig waren."
Kunstkenners en -pausen zien dat kennelijk niet. Hagenaar heeft er wel
een verklaring voor.
"Ze zien het wel, maar ze praten er meestal niet over. De hang naar het
verhaal is meestal groter dan de hang naar kijken hoe een schilderij
gemaakt wordt.
Het verhaal eromheen is makkelijker te bevatten. Het verhaal over het
oor van Van Gogh is belangrijker voor de mensen dan de manier waarop
hij werkelijk een boom in bloei schilderde.
Ik kan antwoord geven op vragen over hoe je een schilderij maakt en de
technische kant van de zaken. En ik kan ook vertellen waarom ik bepaal-
134