AREN MET DE ARM 2 2 oliekleding en laarzen, binnen op sokken of klompschoentjes. Het advies om toch vooral oude kleren mee te nemen, omdat na afloop de vislucht niet uit de kleding te verwijderen is, blijkt in ieder geval voor een verblijf op de ARM 22 nergens op te slaan. Of dat ook geldt voor het advies om ter voorkoming van zeeziekte niet te veel koffie te drinken en vooral om voor een goed gevulde maag te zorgen, kan ik niet met zekerheid zeggen. Ik heb die raad wel opgevolgd en ik heb, ondanks de soms ruwe zee, gelukkig nergens last van gehad. Het ritme Alom aanwezig aan boord is ritme. Het ritme van de zee en het ritme van het werk. Het ritme van de deining, die het schip in trage bewegingen laat stampen en rollen, 's Nachts in mijn kooi word ik erdoor in slaap gewiegd. De voortdurend bewegende slaapplaats heeft op mij de uitwerking van een rustkuur. Wanneer ik weer wakker word, blijk ik negen uur geslapen te hebben. (Wellicht is het een suggestie voor een nieuwe vorm van bijver dienste om in slechte tijden gestresste managers tegen betaling aan boord tot rust te laten komen.) Als de wind aanwakkert worden de bewegingen feller en besproeit buiswater het schip. Het omringende watergeweld is indrukwekkend en roept een aangename spanning bij mij op, die van tijd tot tijd overgaat in een licht gevoel van triomf wanneer de boeg van het schip zich weer boven de golven verheft. Het ritme van het werk wordt gedomineerd door het regelmatig ophalen van de netten. Maar ook het dagritme van 10 uur op en 5 uur af geeft aan het werken op zee een cadans. Na anderhalf tot twee uur slepen komt bij de simpele aankondiging van de schipper "halen" de bemanning tot acti viteit: de netten binnenhalen, legen, de vis sorteren, strippen (ontdoen Zoon Jan Marijs, tweede schipper, in het ruim bij een kist zeebaars. 12

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2001 | | pagina 14