De beginjaren DE ROOMPOT ren die elders onteigend zijn hun uitkoopsom kunnen aanwenden voor een nieuw bedrijf. Noord-Beveland zal in de toekomst zeker een ander aanzien krijgen. Wie weet is er ruimte voor landgoederen en buitenplaat sen, die het tot een 21ste eeuwse Tuin van Zeeland maken, zoals Walche ren dat was in de 18e eeuw. Ook natuurontwikkeling zal het toekomstige landschapsbeeld nuanceren. Marinus van der Maas moet bij zichzelf gedacht hebben dat wat anderen konden, hij misschien ook wel kon. Hij had in de Mariapolder kleigrond tegen de dijk van de Sophia-inlaag, waarachter een - zij het wat modde rig - strandje lag. Bij Ko Mol van de Anna Friso was de camping als het ware een voortzetting van iets wat eerder heel primitief bestond. Krijn Schippers was een ander verhaal. Dat was een man met visie. Hij noemt het zelf een gril. Maar grillig was zijn creatieve besluit allerminst. Hetzelfde geldt voor Marinus van der Maas. Hij ging weloverwogen te werk en sprak over zijn plannen met Pieter Marinussen, accountant van de Christelijke Boeren- en Tuindersbond. Tussen de twee bestond een vertrouwensrelatie. Marinussen zou later een van de commissarissen van De Roompot worden. 'Roompot', naar de zuidelijke vaargeul in de mon ding van de Oosterschelde met een mogelijke verwijzing naar een Romeins verleden, toen land en water in andere proporties het beeld bepaalden en een Romeinse handelsvestiging zich kon ontwikkelen, daar waar nu water is. Pieter Marinussen had eerder te maken gehad met boeren die op hun erf een kleine camping waren begonnen, wist dus van de financiële en infrastructurele hoed en de rand. Hij adviseerde Van der Maas om het meteen goed te doen. Goede infrastructuur in gebouwen en wegen. Concurreren op kwaliteit. In de bosstrook achter de hoge duinen tussen Zoutelande en Groot Valkenisse had Pieter Marinussen een klein vakantiehuisje op het terrein van de familie Leijnse. In weekends en vakantieweken trok hij graag met zijn vrouw Lenie en de drie kinderen van Goes naar deze oase aan zee. Het smalle strand achter de duinen staat bekend als De Zeeuwse Rivièra. Pieter en Lenie Marinussen konden het goed vinden met hun vakantie overburen Piet en Mies Kortekaas uit Oost-Souburg, die met hun drie dochters daar net zo graag verbleven. Piet Kortekaas, machinist bij de PSD. Een man met gouden handen. Timmerde zelf zijn huisje in elkaar en hielp anderen als het uitkwam. Een techneut die kon maken wat hij bedacht. Altijd al. En nog. Toen Piet Kortekaas in het begin van de oor logsjaren wilde gaan varen was de grote vaart onmogelijk. De Provinci ale Stoombootdienst, de PSD, had een plaats en Piet nam de baan. Alternatief voor varen tussen continenten was het varen tussen overkan ten. Maar een machinekamer blijft een machinekamer. Halverwege de jaren zestig was Piet Kortekaas nog steeds machinist van de veerboot. Daar, op dat vakantieterrein onderaan de Zoutelandse dui- 20

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2002 | | pagina 22