LAURENS GEERSE
Wanneer ik terugkijk, weet ik niet wanneer ik het gevoel had dat ik met die
gedichten de artistieke kant opging. Maar ik herinner me wel iets anders. Nog
veel vroeger. Op de lagere school gingen we een keer op de fiets met zelfgemaakte
tenten naar Valkenburg. In Limburg. We waren geloof ik met zijn zessen. Adrie
de Visser was er bij, die hield zijn jasje aan, want die had een verstelde lap in
zijn bloes. De rest reed in zijn bloes. Zelf had ik toen een mooi blauzv jasje, en
mijn broek opgerold en ik droeg een baret. Maarten Jansen zei toen: 'Lau, je bent
een kunstenaar.' Ik kan het nu niet mooier zeggen, maar ik voelde dat ook'.
'In dat sanatorium kreeg ik van J. Maas, een onderwijzer uit Middelburg, hij
leeft nog, een bundel. Dat moet in 1959, 1960 zijn geweest. Tussen de regels
heette die.
Laurens Geerse laat de ooievaarspocket zien. Wandelen en spoorzoeken in
de moderne poëzie staat onder de hoofdtitel. Het zijn essays over de moder
ne poëzie. Van Kouwenaar, Rodenko, Claus. 'Ook was er in Sonnevanck ene
Vissers, een leraar Nederlands, die kuurde ook. Daar heb ik veel mee gepraat.
Over taal en zo. Toen ik terug kwam in Zeeland, kocht ik het werk van de
Vijftigers. Bij Notebaaert, Boekhandel Fey, op de Nieuwe Burg. Fanoy verkocht
in die tijd vooral bijbels. Ik moest natuurlijk thuis ook mijn draai zoeer vinden.'
ik werd gekeurd voor een sollicitatie in Haarlem bleek ik TBC te hebben, ik was
niet de eerste in de fermilje. Twee jaar kuren in Paviljoen 2 in Sonnevanck.
En dan op een dag terug naar huis, na een longoperatie. Mijn broer lag er ook.'
In dat sanatorium begon hij gedichten te schrijven. Voor bepaalde gele
genheden. Om aan iemand te geven.
Dichterlijke
ontmoeting in
Porgy Bess,
Terneuzen.
105