Paters wikkeld. De basis van deze karaktertrek is destijds uitgebouwd tot een basis van zijn 'zijn'. In alle functies die na zijn studententijd kwamen was zijn strijdbaarheid een leidraad om te slagen. Strijdbaarheid heeft hij niet van huis uit meegekregen. Zijn jeugd was vrij beschermd en overzichtelijk. Op 3 februari 1949 werd hij geboren in Gemert. Vader Mandos was er tandarts. Toen Jan Bart 4 jaar was verhuisde het gezin naar Valkenswaard, een dorp onder de rook van Eindhoven van toen zo'n 15.000 inwoners. "We waren gewoon een goed en net katholiek gezin met vijf kinderen. Maar ook weer niet zo katholiek dat ik misdienaar moest worden. We had den het goed thuis. In zekere zin hoorden we wel bij de elite van het dorp, je kent dat wel, pastoor, burgemeester, dokter, notaris, tandarts. Maar ik was ook weer niet 'het zoontje van de tandarts'. De buurt waarin we woonden was gemengd, we gingen met iedereen om." De middelbare schooltijd begon voor Jan Bart in Eindhoven bij de Paters Augustijnen op het gymnasium. "Dat was in de eerste jaren voor mij op het internaat daar. Ik bleef in de vierde en nog een keer in de vijfde zitten. Het was er goed met een grote discipline, maar voor mij niet geschikt. Ik miste de motivatie. Toen ben ik weer thuis gaan wonen en ging naar het Hertog Jan college in Valkenswaard waar ik de HBS afmaakte. Die school was moderner en paste beter bij mij. Daar werd ik ook direct heel actief, ook in bestuurlijke zin. En ik ben toen hard gaan studeren". Omdat hij langer over zijn middelbare schooltijd had gedaan dan de daarvoor gebrui kelijke vijf of zes jaar, mocht Jan Bart direct na zijn diploma het land dienen. "Op zich vond ik dat vrij nutteloos, maar ik heb er wel veel geleerd. Ik ging van huis weg, ontmoette jongens uit alle geledingen van de maatschappij". En met een ondeugende blik voegt hij eraan toe dat hij ook een opleidinkje in feesten kreeg. Na de diensttijd koos Jan Bart voor een studie Bouwkunde in Delft. Hij werd lid van de katholieke studentenvereniging Sanctus Virgilius en ging op kamers wonen in een stad waar hij niemand kende. De jaren van ontgroening waren weliswaar net achter de rug, maar hij doorliep wel de kennismakingstijd bij Sanctus Virgilius. In die tijd grepen linkse studenten de macht en bezetten regelmatig universiteit en faculteiten. De faculteit Bouwkunde had daar veel last van. De inspraak en democratisering waren doorgeslagen en dat ging ten koste van de kwaliteit. Ook de studentenvereni ging zat in een crisis. De mensafunctie van Virgilius stond onder druk. De linkse stu dentenverenigingen maakten zich er sterk voor dat deze functies bij de studentenver enigingen zouden verdwijnen om plaats te maken voor een grote, algemene, door de universiteit gefinancierde mensa. Dat was koren op de molen van Jan Bart. Strijdbaar als hij was ging hij de discussies aan als voorzitter van het bestuur van de studenten vereniging. Hij kreeg enorme lol in de bijna politieke discussies met de universiteits raad.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2004 | | pagina 152