Milieuzorg en voedselveiligheid in de Wilhelminapolder 1995 lukte het in tien maanden om alle dijken te verhogen, terwijl daar al tien jaar lang over gesteggeld was. Hij is lid van de VVD. maar heeft zich nooit met actieve politiek bezig willen houden. "Dan ben je niet meer onafhankelijk en dat wil ik nu juist wél zijn." Hij is weliswaar lid van de adviescommissie voor landbouw en voed selveiligheid van zijn partij, maar dat is niet zozeer een politieke als wel een inhoude lijke aangelegenheid. Hij zat ook in het bestuur van het Nationaal Park de Biesbosch. In de polder Jannezand zou een vierde spaarbekken voor de waterwinning van de Biesbosch aangelegd worden. Daarover werd vanaf 1991 gepraat. De familie Van Styrum, eigenaar van de polder, had wel oren naar de verkoop van hun grond, want uit het landbouwbedrijf viel nou niet echt veel winst te halen. Toen in 1998 de zaak afgeblazen werd ging Jan Paul op zoek naar een andere koper. Dat werd uiteindelijk Fortis, met de rentmeesters waarvan hij een uitstekende relatie had en nog steeds heeft. Met de verkoop zat zijn taak er in de Biesbosch op en kon hij zich geheel aan de Wilhelminapolder wijden. We schrijven juli 2000. "Het leuke van de Wilhelminapolder is, dat het een bedrijf is. dat al veel heeft meege maakt en dat nog steeds in transitie is." Als Jan Paul van Hoven dit zegt. dan doelt hij in de eerste plaats op twee actuele thema's, namelijk die van 'het milieu' en die van voedselveiligheid. Hij was nog maar net in dienst bij de Wilhelminapolder toen de gemeente Goes hem confronteerde met het feit dat hij een vergunning milieubeheer moest aanvragen. In Jannezand kon nog volstaan worden met de verwijzing naar de Algemene Maatregel van Bestuur (AMVB), waar akkerbouwbedrijven onder vallen. "Boeren hebben wel iets vrijbuiterigs in zich. Je moet van hun land afblijven en ze maken zelf wel uit wat ze doen en hoe ze het doen." Toegegeven, dit klinkt enigszins gechargeerd en bevoor oordeeld. Jan Paul erkent dat hij wel even de gedachte had: "Wie is hier nu de baas, de grote boerderij of de stad?" Aan de andere kant is het redelijk dat een groot land bouwbedrijf met meerdere hofsteden en schuren, waar materialen in liggen opgesla gen, met koelinstallaties, een mestbassin. compostopslag en zo nog een paar zaken meer niet kan volstaan met die AMVB. Kortom, volop medewerking. Milieuambtenaar Judy Veraart van de gemeente Goes is daar dan ook zeer over te spreken. De Wilhelminapolder huurde de nodige deskundigheid in om alles goed op orde te krijgen. Ook een stagiair van de Hogeschool Zeeland, een student Aquatische Ecotechnologie. kreeg er een taak in. Later werd er een in 1998 aan het Van Halinstituut afgestudeerde milieukundige aangetrokken. Jeroen Verschoore. Hij heeft milieu, certificering en andere kwaliteitszorgzaken in zijn portefeuille. De zaken goed op orde hebben. Dat past in de traditie van het bedrijf. Het is niet een kwestie van doen omdat het moet, maar omdat het profijtelijk is. Door contacten met de voedingsindustrie kwam het aspect van voedselveiligheid in beeld. Ook daarin loopt de Wilhelminapolder voorop. Consumenten stellen eisen aan hun voedsel, willen weten waar het vandaan komt, hoe het geproduceerd is. In Europees verband bestaan er richtlijnen van EurepGAP. De naam staat voor Euro- retailer produce working group Good Agricultural Practice. Een hele mondvol. 13

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2004 | | pagina 15