Wrakopruiming in de Westerschelde WRAKKENBERGING Een estuarium kun je niet ongestraft verdiepen. Dat leidt tot nadelige effecten op morfologisch en ecologisch gebied. Wanneer toch besloten wordt tot verdieping dan is het het beste om ter compensatie de komberging van het estuarium te vergroten, zeg maar de Braakman en andere polders weer terug te geven aan het getij. Een spon tane doorbraak van de dijk van de Selenapolder in het oostelijk deel van de Wester- schelde leidde enkele jaren geleden binnen de kortste keren tot een prachtig natuurlijk stukje estuarium: het Sieperdaschor. Maar tegen de achtergrond van de Ramp van 1953 ligt het teruggeven van land aan de zee, het zogenaamde ontpolderen, in Zeeland uiterst gevoelig. Enkele jaren geleden is daarover een discussie gevoerd tussen de Zeeuwen en het Zeeuwse provinciale bestuur. Helaas is daarbij het mis verstand ontstaan als zou de veiligheid tegen overstromingen in het geding zijn. "Ze willen de dijken doorsteken", zo simplificeerde de landbouwlobby in onze provincie de discussie. Van de kant van de provincie schoot de communicatie op dit punt duidelijk tekort. Jammer, want uiteraard zullen Rijkswatertaat en de water schappen ten allen tijde zorgen voor een veilige kustverdediging. Op grond van Europees beleid moeten de nadelige effecten van verdieping van de Westerschelde op het gebied van natuur en milieu gecompenseerd worden. Daar zijn vele miljoenen Euro's uit Vlaanderen voor beschikbaar gesteld. Dat compenseren gebeurt tot nu toe in het Zeeuwse niet door te ontpolderen, maar door de kwaliteit van de natuur elders in de provincie te verbeteren, of door nieuwe natuur aan te leggen. Vanuit Brussel is het Zeeuws provinciaal bestuur daar al een keer stevig voor op de vingers getikt. Niettemin zijn Nederland en Vlaanderen al weer in overleg over een vólgende verdieping van de vaarweg naar Antwerpen. De boerenverstand-redenering: kies voor behoud van het estuarium Westerschelde en leidt de steeds dieper stekende zeeschepen naar een andere Vlaamse haven namelijk Zeebrugge - of Europees den kend, naar Vlissingen - is overduidelijk binnen Vlaanderen politiek niet haalbaar. Overigens wordt in studies over de toekomst van de Westerschelde op dit moment wél serieus gekeken naar ontpolderen. 8*. Dit uitstapje over verdieping was nodig om te begrijpen waarom er de afgelopen jaren 65 wrakken en obstakels zijn opgebaggerd en getakeld uit de Westerschelde. Piet van der Vlies: "In 1983, toen ik bij Rijkswaterstaat kwam, hadden we het al over verdieping van de Westerschelde. Het duurde tot 1995 voordat er een wet werd ondertekend tussen Nederland en Vlaanderen over de verdieping van de vaarweg, zodat die bruikbaar werd voor schepen tot 15 meter diepgang. Het ging om een project van 250 miljoen Nederlandse guldens, dat betaald werd door Vlaanderen. Het project wrakopruiming besloeg het noodzakelijke obstakel-onderzoek en het verwijderen van de wrakken en obstakels. Begin 2004 is het project Wrakopruiming Westerschelde formeel gereedgekomen. Omdat het een Nederlands Rijkswater betreft, geldt de Nederlandse wetgeving en is er een Nederlandse Stuurgroep in het leven geroepen onder leiding van Rinus Boon van Directie Zeeland. Ik werd Hoofd Projectleider van het Projectbureau Wrakopruiming Westerschelde, een club van een man of vijftien. Aan het project 'hingen' nog eens een tiental werkgroepen. 168

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2004 | | pagina 170