Hoogduin als wandelgebied ANDGOED HOOGDU lijk verloopt. De aanleg van de lanen zal worden gecombineerd met de pleksgewijze bosverjonging. Er ontstaan daardoor bosvakken in het lanenstramien. De randen van een opengekapte plek zullen worden ingeplant met bosmantelsoorten als meidoorn, inheemse vogelkers en Gelderse roos. Daarmee wordt voorkomen dat de wind invloed op het bos krijgt; het bos raakt weer snel 'gesloten'. Deze maatregel zal naar ver wachting ook positieve gevolgen hebben voor de avifauna. In het overgrote deel van de lanen zal geen verhard pad worden aangelegd. Onder de laanbomen zal zich een door middel van een specifiek maaibeheer grazige vegetatie ontwikkelen die optimale omstandigheden biedt voor de stinzenflora. De gefaseerde aanpak garandeert een gevarieerde leeftijdsopbouw. Dit zal ten goede komen aan de continuïteit van het bosmilieu. Ook de toekomstige koloniebomen voor vleermuizen zullen eens moeten worden aangeplant! Uiteraard zullen de bestaande koloniebomen in de bosvakken volledig worden gehandhaafd. Het landgoed Hoogduin speelt als wandelgebied een belangrijke rol in het recreatieve product van Domburg. Tot circa twintig jaar geleden was Hoogduin alleen toeganke lijk met een wandelkaart die bij de boswachter kon worden gekocht. Daarmee was het duidelijk dat er een particulier landgoed werd betreden en dat daar speciale regels bestonden. In de huidige situatie is een wandelkaart niet meer verplicht: de wandelaar heeft daarmee vrij toegang tot het gebied en de ervaring is dat het publiek zich daar ook naar gedraagt. Ook de toename van de stroom van bezoekers is voor Hoogduin een bedreiging (momenteel bezoeken per jaar 1.5 miljoen mensen Domburg!). Natuurwaarden staan onder druk door de toename van illegale recreatie-activiteiten als achterlaten van afval, kamperen, fietsen, zich buiten de paden bevinden en los lopende honden. Het gebied heeft daardoor de laatste jaren een 'sleets' karakter gekregen. Actief ingrijpen in de recreatieve structuur van het gebied is daarom nood zakelijk. Een belangrijke voorwaarde voor herstel van met name de natuurweten schappelijke waarde op Hoogduin is dan ook een betere regulering van het recreatief gebruik. Dat kan door het instellen van een zonering van de toegankelijkheid. Daarbij is duidelijkheid naar het publiek essentieel: welke paden zijn opengesteld en wat zijn de gedragsregels. In de duinzone zijn de paden voor wandelaars toegankelijk. Een herziening van het padensysteem is echter noodzakelijk. Het plan voorziet in een tweetal doorgaande wandelpaden. Een pad voert de bezoeker over de toppen van de duinen, van waaruit er een uitzicht is over heel Walcheren. Een ander, smaller pad voert de bezoeker door het duinstruweel en langs duinvallei. Tussen beide paden is op een punt een kortsluit- verbinding geprojecteerd. Het pad over de toppen van de duinen is het huidige hoofdpad over de duinen. Het smalle pad wordt gevormd door het herstelde 'oude Marttelingenpad' en is bedoeld voor de geïnteresseerde wandelaar. Het tracé hiervan is nog goed herkenbaar en kan op een eenvoudige wijze weer in gebruik worden genomen. Het herstelde 'oude Mantelingenpad' is, in tegenstelling tot het huidige pad, kleinschalig en gevarieerd. Het huidige pad wordt uit gebruik genomen. 48

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2004 | | pagina 50