Beschermde dorpsgezichten en 'witte schimmel' den is daar niets van gekomen. Het bouwen aan zijn oeuvre werd wreed afgebroken. Bouwen betekende voor Piet 't Hooft ordening aanbrengen, op welk gebied dan ook. 'Want hoe kan de geest rusten in de beschouwing van iets waarvan hij de orde niet herkent?' Vanuit dat besef verrichtte hij als architect, stedenbouwkundige en als schrijver zijn werk. Stedenbouwkundige Hein de Vries komt in 1975 bij Rothuizen 't Hooft. Hij werkt er tot het jaar 2000. Hij karakteriseert zichzelf als een steden bouwkundige met betrokkenheid voor het landschap. Zijn werk werd sterk bepaald door juridische kaders. Denk alleen maar aan de Wet op de Ruimte lijke Ordening. Zijn takenpakket omvatte stedenbouwkundige beeldregie- plannen. in- en uitbreidingsplannen, en bestemmingsplannen. Dat betekende dat hij altijd met verschillende partijen aan de vergadertafel zat: projectont wikkelaars, aannemers, bewonerscommissies, leden van welstandscommis sies, actiegroepen, de betrokken wethouders en vertegenwoordigers van standsorganisaties en waterschappen. Hein de Vries vindt het goed dat al die partijen meedenken en meebeslissen, want hij beseft dat er gebouwd wordt voor een heel lange periode. Hein: 'Ik heb altijd een open oor gehad voor bestuurlijke verhoudingen. Ik kende het wereldje en wist vaak mijn speelruimte goed te benutten. Ik voelde me vaak meer diplomaat dan vormgever.' Naast bestemmingsplannen voor het buitengebied heeft hij altijd met veel plezier aan de plannen voor beschermde dorpsgezichten gewerkt. Voorbeelden zijn de restauratie en reconstructie van Kloetinge, Borssele, Nisse en St.-Anna ter Muiden. Ook is hij erg betrokken geweest bij de vraag hoe je in zulke dorpen nieuwbouw in moet passen zonder het eigene aan te tasten. De oplossing vraagt altijd om maatwerk. In de begin jaren tachtig maakte hij de expansiedrift mee: uitdijende uitbrei dingswijken. die als 'witte schimmel' karakteristieke dorpsbeelden aantast ten. Van eerdere datum was het voornemen van Goes. De stad voorzag in een geweldige groei tot honderdduizend inwoners. Daartoe moest ook Goes binnen de wallen gesaneerd worden. 'Daar is gelukkig niets van terechtge komen', zegt Hein nu. Zijn collega-architecten van de tweede generatie waren Joop Poley en Piet Dekker. Joop Poley was een meester op het gebied van de restauratie van kerken. De restauratie van de Nicolaaskerk in Brouwershaven, de Gasthuis- kerk in Zierikzee en de Sint-Jacobskerk in Vlissingen kunnen op zijn conto geschreven worden, evenals de facelift van de kerken van Driewegen. Kort- gene. Baarland, IJzendijke en de stad Tholen. 137

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2005 | | pagina 139