Tweede Kamer NEL GINJAAR_MAAS Nel vond haai' buurvrouw bereid op de inmiddels twee koters te passen. En wat Nel betreft werkte dat mee aan de emancipatie van deze buurvrouw: 'Zo verdiende zij ook'. Met bezieling stond Nel voor de klas. Ze vond het geweldig als ze ook de minst getalenteerde leerling het vak scheikunde zo kon uitleggen, dat het ook voor die leerling leuk was. De volgende uitdaging was het voor haar onbekende vak maatschappijleer. 'Dat was in die tijd in opkomst, maar geen verplicht vak. Ik vond het een uitdaging om de leerlin gen maatschappelijk bewust te maken en mijn lessen zo te geven dat het boeiend bleef voor de leerlingen. Ik legde ook uit waarom ik lid van de VVD was. Namelijk vanuit de gedachte datje als mens verantwoordelijk bent voor je eigen keuzes. En ik probeerde ze duidelijk te maken dat het ook voor hen heel erg belangrijk is dat zij hun keuzes maken'. Nel slaagde in haar missie om het nieuwe vak aan de man te brengen; de leerlingen bleven komen. Twaalf jaar stond ze met liefde en plezier voor de klas, maar de hang naar iets nieuws werd groter. Toevallig ontmoette ze op een feestje Koos Rietkerk (VVD), de latere minister van Binnenlandse Zaken. Ze vertelde hem dat ze iets anders wilde dan lesgeven, dat ze meer betrokken wilde zijn bij de maatschappij en de besluitvormingsprocessen in de samenleving. Zonder dat ze het echt zelf in de gaten had. sprak ze over een politieke toekomst. Koos Rietkerk herkende de ambitie en vroeg Nel na te denken over een plaats op de lijst voor de VVD-fractié van de Tweede Kamer. Ze besloot in te gaan op het aanbod en werd in 1973 gekozen in de Tweede Kamer. Haar politieke opleiding kreeg ze op de VVD-kadercursussen waar Harm van Riel de kandidaat-kamerleden klaarstoomde voor het vak. 'Hij leerde vooral datje ook moest kijken waar anderen dan je eigen partij mee bezig waren. Je tegenstander zal ik maar zeggen. Zo leerde ik ook de Volkskrant en het Parool lezen. Dat was toen in mijn kring zeer ongebruikelijk'. Met inmiddels drie kinderen (Willem. Ineke en Petra) was de combinatie gezin en politiek in die tijd best lastig. VVD-partijvoorzitter Haja van Someren had Nel al geadviseerd goede hulp thuis te nemen, want de fractievergaderingen liepen soms tot diep in de avond door. 'Het was in die tijd in de fractie heel informeel. We aten ook samen, je schoof aan tafel, er stonden altijd flessen wijn. We discussieerden over van alles en nog wat. Zo ontstond een hechte eenheid. Dat is nu allemaal anders; de huidige fractie kent veel commissies waarin fractiestandpunten worden besproken. Dat had het CDA toen al. Dan moest je toen dagen van te voren je verhaal inleveren en dan werd dat besproken in zo'n commissie. Niets voor mij, zo'n bureaucratische aanpak'. 35

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2005 | | pagina 37