Tekens diverse soorten aquarelpapier waaronder zelfgeschept papier vermengd met schelpen, schelpengruis, nylondraad (afkomstig van aangespoelde visnetten) granulaat en vulkanisch zand uit IJsland, in één beeld te verwerken, door de verf laag over laag aan te brengen, door verf weg te wassen, door in het papier te krassen bouw ik aquarellen op met een doorleefde huid. 'Als kunstenaar ben ik niet op zoek naar anekdotes, sterker nog: ik mijd in mijn werk het anekdotische. Het zijn verzelfstandigde beelden, bijna altijd ontstaan uit een schilderkunstige opgave. Ik wil geen verhaal vertellen, laat staan illustraties maken van een verhaal. Dat neemt niet weg dat bijvoorbeeld het verhard van de wonderbaarlijke vermenigvuldiging gekoppeld is aan mijn werk op de graansilo bij de vis sershaven in Breskens. Ik heb op de silo niet het verhaal, maar de metaforen uitgewerkt tot een zelfstandig beeld: de broden en de vissen in een enorme reliekschrijn uitgebeeld als iconen van ons bestaan. Hoewel ik niet gelovig ben heeft de bijbel altijd tot mijn verbeelding gesproken. Zoals bij vele kun stenaars. Ik was in de eerste plaats geïnspireerd door de plek en het gebouw en kwam al spoedig op het idee van brood en vis. Je hoeft niet gelovig te zijn om je door de universele gedachten die achter het verhaal en de metaforen schui len, te laten inspireren. Voor mij ging er in ieder geval een meerwaarde van uit, het geeft aan mijn werk meer interpretatiemogelijkheden, zonder vrijblij vend te worden. Het beeld wordt daardoor universeler.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2005 | | pagina 52