Het terugkijken van een archeoloog ZL Jan Trimpe Burger: 1 hen die grond hier als m'n broehzah' Jan Trimpe Burger als educator in Aardenburgbegin jaren zeventig. Foto: beeldbank Zeeuws Archeo logisch Archief, SCEZ. Een redactievergadering van het kwartaalblad Nehalennia, voorjaar 2006. Erelid Jan Adriaan Trimpe Burger (83), één der oprichters van de Werkgroep Historie en Archeologie die dit blad al decennia uitgeeft, komt binnen en schuift de convo catie onder mijn neus. Zijn vinger wijst het briefhoofd aan: Sector Ontwikkeling, Advisering en Ondersteuning Sector Bedrijfsvoering en Communicatie Sector Facilitaire Dienstverlening. 'Is het jullie in je hoofd geslagen?' informeert hij droog. Het tekent de eerste provinciaal archeoloog van Zeeland: wars van alle schijn van bombast, en nooit te beroerd om met een bedaarde opmerking of cynisch grapje enige verwarring te zaaien. De pers weet ervan mee te praten. Beroemd in arche ologische kringen is Trimpe's verklaring tegen een journalist dat het onderzoek van een middeleeuwse waterput in Aardenburg werd gefinancierd met de verkoopop brengst van gebotteld water uit diezelfde put. En ja, het kwam in de krant. Ruim twintig jaar zijn verstreken sinds Trimpe Burgers officiële afscheid als provin ciaal archeoloog van Zeeland, in dienst bij de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB) te Amersfoort. Anders dan tegenwoordig, want nu is de

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2006 | | pagina 189