Plaats
Roijer had het door Ferdinand Bol (een leerling van Rembrandt) geschilderde por
tret van De Ruyter als voorbeeld gebruikt.
FHet voetstuk zou door een goede beeldhouwer gemaakt moeten worden. Hij on
dertekende de brief aan de Commissie met: 'L Roijer, standbeeldhouwer van Z.M.
en directeur der konst Akademie van beelden kunsten alhier
Het model werd teruggestuurd naar Amsterdam omdat de gieterij van de Firma
Paul van Vlissingen en Dudok van Heel het wilde beoordelen. De Commissie, bang
voor schade, drong aan op de vereiste zorg omdat het model in het Instituut nog
ter beoordeling moest worden aangeboden. Voor de fundering en het voetstuk
werd het Middelburgse bedrijf W. van Uije Zonen in de arm genomen. Na enig
gesteggel over het voetstuk, dat eenvoudiger en groter uitgevoerd diende te wor
den kon men aan de slag. Roijer zou het model in pleister maken en het vervol-
Portret van Louis Roijer, maker van het
standbeeld van Michiel de Ruyter. Roijer is
ook de vervaardiger van het standbeeld
van Rembrandt op het Rembrandtplein in
Amsterdam (1852); steendruk. (Historisch-
topografische Atlas Gemeentearchief
Vlissingen)
gens naar de gieterij laten transporteren. Na het gieten zou Roijer persoonlijk het
beeld komen opwerken.
Over de tekst op het voetstuk ontstond ook nog enige deining. Het tekstvlak moest
smaller worden gemaakt, waardoor er weer meer regels tekst nodig waren.
Intussen had de Commissie in samenwerking met het gemeentebestuur zich ge
bogen over de plaats waar het beeld zou moeten komen. Daar was men snel uit:
'Daartoe is geene doelmatiger gelegenheid voorgekomen dan het zogenaamde
rondeel, de aanlegplaats der stoomboot De Schelde. Deze plaats door inwoner en
vreemdeling veel bezocht biedt een tamelijke ruimte en onderscheiden, vrij uitge
strekt gezigtsveld, ook door zoo na aan de zeezijde gelegen te zijn.