Volksspelen
Schilderijen en merkwaardigheden
Toen de koning allang de stad verlaten had, was het de beurt aan het volk. Op
een schip in de Pottekaai was het boegsprietlopen en palingbijten geblazen. In
het midden van de Grote Markt stond een hoge mast, waar de echte waaghalzen
konden laten zien wat ze in huis hadden. Een dertigtal liefhebbers probeerde bo
venin de mast te klimmen, waar prijzen waren opgehangen: een zwaar zilveren
horloge, een zilveren snuifdoos, een gouden speld en een gouden ring waren
enige van de te winnen prijzen.
De volksspelen werden door een grote menigte bijgewoond, 's Avonds werden de
massaal opgehangen lampionnen aangestoken. Dit lichtfestijn viel door de harde
wind enigszins in het water.
De volgende dag ging de tentoonstelling open voor het publiek. Hier had de Com
missie alles uit de kast gehaald om iets groots neer te zetten. Het hele land was
afgestruind naar schilderijen en objecten die iets met De Ruyter te maken hadden.
Ook de nog in leven zijnde nazaten van De Ruyter werden met succes benaderd.
Wilhem Parker de Ruyter Rocher van Renays, officier van justitie in Hoorn, spande
de kroon met de meeste curieuze voorwerpen. Onder zijn ingezonden voorwer
pen bevonden zich: een groene fluwelen brieventas met gouddraad geborduurd,
een gewone wandelstok van de admiraal, verschillende sabels, twee kussenslopen
door de admiraal aan boord gebruikt, een commandostaf van schildpad, dat een
geschenk was van koning Karei II van Spanje uit het jaar 1676 en sleutels met bou
ten voorzien van koperen schroeven en behorend tot de grafkelder en de grafkist
van De Ruyter in de Nieuwe Kerk te Amsterdam.
Natuurlijk ontbraken ook de andere Vlissingse zeehelden niet: de families Evert-
sen, De Moor en Bankert hingen broederlijk naast De Ruyter. Vervolgens lagen er
talloze brieven, boeken, medailles en gedenkpenningen in de langs de wanden
opgestelde vitrines. Topstuk was een buste van De Ruyter, die door Roijer beschik
baar was gesteld.
Ook was er een afdeling met werk van Zeeuwse kunstenaars. Bijna negentig schil
derijen, waarbij namen opduiken van Bourjé, J.C. Haccou, Perkois, Gaal, Kimmel,
Du Burck, etc. Opvallend was ook het werk van enkele vrouwelijke deelnemers.
Onder het kopje 'Oud- en Merkwaardigheden' komen we het touwslagerwiel te
gen, dat door het Zeeuws Genootschap in bruikleen was gegeven. Ook zien we
daar de fraai gedraaide zilveren fles, die op het stadhuis aan de Houtkade werd
bewaard en later aan het Rijksmuseum verkocht zou worden. De beroemde beker
van het Sint-Jacobsgilde uit Sint Maartensdijk uit 1595 en een horloge dat door
de admiraal Witte de With op een Spaanse zilvervloot was veroverd sloten de rij
met merkwaardigheden.
De tentoonstelling duurde acht dagen en de entree bedroeg 0,25. Kinderen
kregen geen korting op de toegangsprijs: ze werden beneden de 12 jaar niet eens
toegelaten.