Haarde flcademie 'Die Zeeuwse grootvader had een artistieke kant, hij hield van mooie dingen en kende een hoop schilders in Den Haag. Hij deed er verder niets mee, want dat deden Zeeuwen eigenlijk niet, maar hij genoot er enorm van. Mijn vader was architect, een eigen bureau. Die had ongetwijfeld gehoopt dat ik de zaak zou voortzetten, maar ik hield niet van rechte lijnen en hij liet me vrij. En dat artistieke vond die ook goed, als ik dan maar tekenleraar werd, want dan kon ik mijn brood verdienen. Als je dan twee dagen per week lesgeeft, zei hij, dan kan je verder doen wat je wilt, maar dan heb je een degelijke basis, dan was je gedekt. Ik kwam uit dienst en toen ben ik halverwege het jaar, in januari, 1959 naar de Haagse Academie voor Beeldende Kunst gegaan. Toen heb ik eerst een halfjaar i/s.frnt'&irwyJJ: vfr-w 1 Co f- (ïs) BasAtcC2.li Xfc). GvrswM/ la?*, ETcm5 o.6s~ 'ivuv i CFI /3 life** rwrt- Mwit dnefc. wtrt- /ntr etv yk* AC WMwwstAik&tleAthu xCLfe K.c. PTt-peif^" wexd Aob K&W-c*w^66 ofri. ww cwAtcc ïken nv Ac i fe f - itez Aelmu/U-. /V>mW rJAruMm. Vixw. farjcujextic'Mfi&f wo- hftiellëc WnAwwOik. t-A, m AtT wwt -«n ymitcow>J 3e/Jt Ar (k Ac rsik Aio Kcwfr/tvnAb rvv^r Al^rAxvtAUc, SMjtJc Y\AM BrteAcVeCfid ykmAJO. ~TyAeM*> Aio Ae\A 204 At <yrrHt-^rq -e-w aeAruAUo z'n wAavApmm. ^viAii -maa fn e<m. 0~dk. A>uy i^Ai acMecrqrAM. A Afh-lwuktAstf &M. qtiloMr Vu dt %-AuM A-mtdpfoom,. cv/utcrccköyAij/c CMoftecA Al A~WAAC/\, -r beeldhouwen gedaan - dat kon niet anders, maar het tweede jaar zou ik "akte" gaan doen, dus de opleiding voor tekenleraar. Na drie maanden dacht ik "hier ga ik dood". Ik kreeg les van Westerik en Berserik. Met Berserik ben ik mijn hele ver dere leven bevriend geweest, ik begreep wat hij deed. Die opleiding tot tekenle raar was sinds 1880 niet veranderd. Je moest gipskoppen tekenen. Ik zag degenen die na vijfjaar afgestudeerd waren. Die raakten geen potlood meer aan, die waren volledig gesloopt. Ik dacht, dat moet mij niet overkomen en daarom ben ik na drie maanden geswitcht. Naar grafische vormgeving, eventueel voor de reclame, in die tijd een nieuwe richting. Van Gerrit Noordzij heb ik les gehad, en andere vakmen sen, dat heb ik afgemaakt. Maar grafische technieken, etsen en dergelijke kregen die mensen niet. Ik dacht dat je dat toch wel moest weten, als je van de academie kwam. Dat heb ik dus gedaan.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2006 | | pagina 30