Daar heb ik wel enig oor naar, maar daar staat tegenover dat het soms zo is. Zo'n landschap is als de overdadigheid van een barokke Italiaanse kerk, dat heb je maar te accepteren. Je kunt het te vol vinden, maar het kan ook een mededeling zijn van de kunstenaar, als een metafoor van enthousiast zijn, van de ademloosheid van de volte, van de enorme rijkdom. Ik heb nu een nieuwe tekening gemaakt van dat gebied en ik ben ook in olieverf begonnen. Hij zegt het terloops. Maar bij de tweede ontmoeting een week later zal de veran dering waarover hij denkt, voortdurend in het gesprek aan de orde komen. 'Aan zo'n aquarel werk ik wel lang. Op de dag zelf zet ik het buiten op en daarna werk ik er op het atelier verder aan. Dan probeer ik het een eigen leven te laten lei den, het los te laten komen van de concrete aanleiding. Het doet er ook niet meer toe, waar ik het gemaakt heb. Het krijgt een soort belegenheid waardoor je los komt van de plek en al doende krijg ik nieuwe ideeën en invallen. Het verwondert me vaak dat mensen vragen "waar heb je het gemaakten vroeger gaf ik dan netjes antwoord. Dan zeggen ze: "dat herken ik niet". Dat bedoel ik. Het is geen portret van een plekje. Ik leg er mijn eigen laag overheen, althans dat probeer ik. Op het moment dat ik daar schilder ben ik een ander dan uren of da gen later op mijn atelier, dus werk ik ook anders. Vroeger gaf ik wel topografische titels, maar dat doe ik met opzet niet meer.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2006 | | pagina 79