steendrukken weet ik wel wat werken is, maar ik ben bang dat je door die fysieke manier van werken ook het emotionele kwijtraakt, er onder werkt. Dat vind ik bij veel schilders wel een probleem, dat je door de nadrukkelijkheid van de verf geen emotie meer ziet. Het is ambacht, bijvoorbeeld bij wat het lyrisch expressionisme genoemd wordt, bijna invullen en vaak zie ik dan in de toets een soort exhibitio nisme. In olieverf werken zou voor mij als aquarelleren moeten zijn, olieverf met een toets van lichtheid waardoor er contact blijft met je ziel. Je mag hopen dat je je zelf blijft. Ik geef ook les en dan moet je veel bekijken met leerlingen of studenten en veel uitleggen. Andermans werk en die hele kunstgeschiedenis zitten in mijn hoofd, een behoorlijk sediment van indrukken. Dat is ook nodig voor je onderwijs. In hoeverre bepaalt dat je manier van kijken? Kom je daar los vanSoms denk ik dat het voor je eigen ontwikkeling beter zou zijn om eens een tijd niks te zien, geen kunst, geen werk van anderen. Je kop leegmaken. Als je werk moet bespreken, kijk je niet alleen, dan moet je ook onder woorden brengen wat de problemen zijn van het werk en hoe het gemaakt is. Gisteren zag ik bijvoorbeeld op België een film over Renoir, met veel aandacht voor de tech niek, je kon de toets volgen, je zag hoe hij het gedaan had. Zo'n ervaring heb ik lang niet gehad. Vroeger als Ik op de academie in olieverf werkte, maakte ik met mijn mond wel een smakkende beweging alsof het boter was. En gisteren bij die documentaire betrapte ik mezelf er op dat ik dat gevoel weer had, de omgang met het materiaal, dat pasteuze. En ook keek Ik heel technisch en geïnteresseerd in de manier van werken. Ik besefte bijvoorbeeld ineens dat ik naar een kop keek

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2006 | | pagina 82