Het moment dat het groeimodel voor het eerst ter discussie werd gesteld in de Mid delburgse Abdij, kan Van Waveren zich nog goed herinneren. Dat was in het voorjaar van 2006 en hij was het zelf die de discussie aanslingerde: "We hadden toen nog een groeidoelstelling en ik zei toen: 'Laten we die doelstelling eens concretiseren'. Dat werd in eerste instantie één procent groei, maar dat bleek wel erg veel, dus werd het een half percent per jaar. In diezelfde periode verschenen de eerste rapporten van het Ruimtelijk Planbureau, waarin ook de bevolkingsgroei aan de orde was en in die beginnende discussie over de groeidoelstelling tot 2012 hebben we toen afgesproken om de demografische ontwikkeling en de gevolgen daarvan in Zeeland eens op een rijtje te zetten. Daarna is het ambtelijk apparaat aan het werk gegaan en is deze nota gemaakt." Het Ruimtelijk Planbureau voorspelt dat er in 2025 al 15.000 Zeeuwen minder zijn, terwijl jullie nota uitkomt op stabiliteit van de bevolking tot dat jaar. Het is al eerder gebleken dat wij de prognoses toch net iets fijner kunnen toepassen op Zeeland dan het Ruimtelijk Planbureau. Op grond van onze cijfers zijn een aantal zaken in kaart gebracht. Eerst was het idee om er meteen ook maatregelen aan te koppelen, maar toen heb ik voorgesteld om dat niet te doen en te kiezen voor de presentatie van een nota met feiten, waaraan vervolgens een brede Zeeuwse maat schappelijke discussie kan worden gekoppeld. Waarom? Omdat ik denk dat er tijd nodig is om het besef te laten doorwerken bij de bevolking - om het te laten doordringen in het denken van de mensen - dat Zeeland niet meer verder zal groeien. En dat lukt niet als wij meteen met maatregelen komen, want dan gaat de discussie over de maatregelen. Daarom deze nota, een basis voor een brede discussie. Was iedereen in Gedeputeerde Staten het er meteen mee eens? Want dit is toch een omslag in denken, als je het vergelijkt met de tijd van Van Zwieten.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2008 | | pagina 100